Ars Nova
 


Home | Vorig niveau | Ars Nova - texts

   

 

Ars Nova , hemelse muziek uit de Middeleeuwen

 

korte toelichting (vindt u hieronder)

programmaboekje (= PDF / downloaden via rechtermuisklik)

 

 

Texts and translations: de teksten van de motetten met een nieuwe vertaling, uitgebreider dan in het programmaboekje staan ook op een aparte pagina (in het Engels): Sanctus in eternis / Sanctus et ingenitus; Ciconia's Petrum Marcello Venetum; Dufay's: Ecclesiae militantis

 

 

Ars Nova & Subtilior, hemelse muziek uit de Middeleeuwen

 

gothische muziek

Dat er naast ‘gothische kathedralen’ en gothische schilderkunst (middeleeuwse miniaturisten, gebroeders van Eyck) ook gothische muziek is geweest, is weinig geweten. Ze was echter even vernuftig en technisch perfect als de gebouwen en schilderijen uit die tijd. Muziek is echter van nature veel vluchtiger. Ze klonk en was voorbij. Gelukkig is er genoeg muziek overgeleverd om vandaag nog die ‘gothische muziek’ te kunnen horen. Wat al de kunsten in deze tijd bindt is dat de samenhang bereikt wordt door proportionering.

 

het isoritmische motet

Tijdens dit concert zoomen we in op wat we ‘de symfonie’ van de 14de eeuw’ zouden kunnen noemen: het isoritmische motet, een genre dat vooral in Frankrijk en Engeland werd beoefend en vervolgens geëxporteerd werd naar Italië. De muziekstukken in kwestie zijn drie- of vierstemmig (heel soms vijfstemmig). De onderstemmen bewegen zich in lange noten, terwijl de bovenstemmen in veel kortere notenwaarden met elkaar treden in dialoog treden, waarbij het er soms heftig aan toe kan gaan. Karakteristiek voor het isoritmisch motet is de herhaling, waarbij het mensurale systeem verschillende lezingen toelaat van dezelfde notenwaarden. Deze worden aangeduid door specifieke proportietekens. Omdat God drie-enig is, is een verdeling in drie ‘perfect’ en behoeft een verdeling in twee altijd een perfectionering. Dit gebeurt door ze te koppelen aan een beweging in drie-en (prolatio). Uitgangspunt zijn gepaarde ritmische eenheden (taleae), waarbij elk van beide delen een eigen melodie heeft, die echter ritmisch gelijk zijn. Dit spel met proporties levert spannende dynamiek en verrassende klankeffecten op. Vaak wordt bij elke inzet (nieuw sectie) de proportie kleiner en het tempo hoger. Soms gaat men zo ver, dat de dialogen gaan klinken als ‘hikken’, de zogenaamde ‘hoquetus’. Niet geheel toevallig waren een aantal modernistische componisten uit het begin van de 20ste eeuw (bv. Stravinsky) gefascineerd door deze ‘gothische’ muziek.

 

Gregoriaans

Isoritmische motetten waren vaak gelegenheidscomposities: bij de intrede van een nieuwe bisschop of de troonsbestijging van een nieuwe wereldlijke vorst. Muziek voor ‘the happy few’, kenners. De gewone man ging naar de kerk – ook in de hoofdkerken was er zelden polyfonie te horen - en hoorde enkele Gregoriaanse gezangen. Tussen de motetten, die door vrouwenstemmen en instrumenten zullen worden uitgevoerd, zullen wij dan ook Gregoriaans ten gehore brengen (mannenstemmen).

 

Op het programma 

Anoniem (Messe de Tournai):  Gloria (1349?)

Anoniem (Nicosia – Cyprus):     Sanctus in eternis / Sanctus et ingenitus (1413-1426)

John Dunstaple:                      Veni Sancte Spiritus / Veni Creator (1431?)

Johannes Ciconia:                  Petrum Marcello Venetum/O Petre, antistes inclite (1409)

Guillaume Dufay:                   Ecclesiae militantis/Sanctorum Arbitrio/Bella canunt gentes (1431)

Willem Ceuleers:                   Dulcis Jesu memoria (2003)

 

Uitvoerenden 

sopraan:                 Frieda Vermeulen, Hilde De Bleser

mezzosopraan:    Brenda Blokland, Lut Cox, Heleen Rouwenhorst, Gertie Lindemans, Floor Coomans

alt:                            Vera Stessel, Els Caremans, Lieve Wuyts

bariton:                  Manfred Halsema, Patrick Mollet, Marc Van Driessen

bas:                           Herman Moelants, Piet Van Steenbergen, Willem Ceuleers, Michel Labro

 

vedel:                                      Piet Van Steenbergen

rebec:                                      Veerle Roggeman

trombone, trompette de ménestrel: Koen Becu

pommer:                                 Walter Bosmans

blokfluit:                                 Lisbeth Wolfs, Veronica Joris

 

<< terug