Kanttekening bij de eeuwherdenking van de Eerste Wereldoorlog in Vlaanderen

[home] [up]

Een passage uit het opstel dat Maarten Van Alstein voor 11/11/2018 schreef in opdracht van het tijdschrift STREVEN in samenwerking met het Vlaams Vredesinstituut.

Na de inleiding -- dat er veel is gebeurd, dat er een dominant narratief achter zat ('traumatisch, absurd', mega-veel slachtoffers, vreselijk! Nooit meer oorlog !)  -- volgen er twee kritische kanttekeningen: Eén van historisch-wetenschappelijke aard, en één van morele aard. Beide de moeite. In het artikel werkt hij enkel het tweede uit.

1. (historische kanttekening:)  Dreigt ons historisch bewustzijn niet te lijden onder zo’n moraliserende en door hedendaagse motieven gestuurde lezing van het verleden? En wat betekent dat precies: ‘leren uit het verleden’? Is dat überhaupt mogelijk? Interessante vragen, die de afgelopen jaren op regelmatige basis door historici aangesneden werden, maar eigenlijk onvoldoende inhoudelijk werden uitgebeend. Ook in dit essay ga ik er niet dieper op in.

2. De kanttekening die ik hier bij de pacifistisch-gekleurde eeuwherdenking in Vlaanderen wil plaatsen, stelt niet zozeer het voornemen in vraag om aan oorlogsherdenkingen een actuele, vredesgeoriënteerde inzet te verbinden. Op voorwaarde dat dat op een goede manier gebeurt, denk ik dat oorlogsherdenkingen wel degelijk een aanzet bieden om kritisch na te denken over oorlog en vrede – en zo een actueel moreel appel kunnen krijgen. Mijn stelling is veeleer dat de eeuwherdenking in Vlaanderen kansen heeft laten liggen om haar kritische vermogen en morele appel ten volle uit te spelen.

Dat hangt er met name mee samen dat door de sterke focus op absurditeit en traumatisch slachtofferschap een aantal interessante aspecten van de oorlogsgeschiedenis uit het blikveld van het publiek gebleven zijn. Als de oorlog absurd en zinloos was, waarom zagen zo veel soldaten en burgers het dan toch als hun plicht die oorlog te vechten? Als zovelen slachtoffer waren, wie pleegde dan het geweld – en waarom? En waarom kon het geweld zo’n sterke esthetische én existentiële aantrekkingskracht uitoefenen op tal van kunstenaars en intellectuelen – en dat zowel voor, tijdens als na de oorlog? (cursivering DW) Het gebrek aan aandacht voor dit soort vragen leidde niet alleen tot een veeleer eenzijdige (en daarmee ahistorische) beeldvorming over het oorlogsverleden, de eeuwherdenking bleek ook onvoldoende inzichten te bieden om het heden kritisch te belichten en beter te begrijpen. En dat is de afgelopen jaren problematisch gebleken, want in dat getroebleerde heden blijken oorlog en geweld opnieuw in opmars, niet alleen in Rusland en het Midden-Oosten, maar ook in Europa en de VS, waar terroristische aanslagen de angst opnieuw hebben doen binnensluipen in het westerse bewustzijn. Door de relatieve eenzijdigheid in haar historische representatie van de oorlog heeft de pacifistische herdenking van de Eerste Wereldoorlog kansen laten liggen om die hedendaagse trends beter te begrijpen. En zo ontstaat het beeld van een herdenking die zich heeft laten inhalen door het heden.

Lees hier het hele opstel