Heeft God in de mensen een welbehagen?

De Griekste tekst van de Engelenzang uit Lukas 2, 14: Wat staat er ? Hoe kun je vertalen? Wat met de 'mensen van goede wil'? en waarom is er zoveel discussie over?

1. Wat staat er en wat is het eigenlijk het punt?
 - eudokias (tweede naamval) of eudokia (eerste naamval)
2. Hoe vertaal je 'eudokia' ?
3. Mijn persoonlijke voorkeur 

lukas2_14_nestle

De engelenzang uit Lukas 2, 14 is overbekend, maar leidt ook al eeuwenlang tot verwarring. Wat volgt er nu op 'Ere zij God...'?

Vrede op aarde,
in de mensen een welbehagen
of
Vrede op aarde bij mensen des welbehagens
   
of van 'goede wil'

Anders geformulieerd:

Geeft God vrede op aarde (tout court) en heeft hij bovendien een welbehagen in de mensen ?
of
Is de vrede die God op aarde geeft enkel bestemd voor de mensen in wie hij een welbehagen heeft (of die van goede wil zijn)?

U voelt al aan deze herformulering dat de discussie hierover niet enkel beslecht zal worden met taal/tekst argumenten. Op de achtergrond speelt de theologie mee. Toch verschilt de tekst die aan deze beide vertalingen ten grondslag ligt maar één letter (een genetief-s). Ik ga u in dit opstel niet vertellen wat de juiste lezing/vertaling is. Dat doen anderen al genoeg. En dat màg ik ook niet doen, want ú moet de tekst lezen en interpreteren. Ik presenteer u dus hieronder naar beste vermogen de taalkundige feiten en dan moet u maar kiezen wat u denkt dat er staat, en hoe u verstaat wat u leest. Je bent protestant of niet...

Wat staat er in de grondtekst?

Dat is duidelijk op één letter na. De slot-s, die van het laatste woord een genetivus maakt. Hij staat hier dus even tussen vierkante haakjes.

δόξα ἐν ὑψίστοις θεῷ καὶ ἐπὶ γῆς εἰρήνη ἐν ἀνθρώποις εὐδοκία[ς].
Eer aan God in de hoogste (
sc. hemelen) en op aarde vrede bij mensen [van het] welbehagen

Over de vertaling van de eerste twee delen van de engelenzang is er geen discussie (eer aan god in de hemel, vrede op aarde), maar over het laatste deel rond de mensen en het welbehagen is veel geschreven, en met reden, want de drie woordjes 'en antropois eudokia[s]' herbergen twee problemen die beide de vertaling en dus de betekenismogelijkheden bepalen.

  1. Een tekstkritische kwestie rond 'eudokia(s)': Er zijn twee varianten in omloop, met en zonder genetief-s. Beide hebben een hele resem 'tekstgetuigen'.
  2. Een vertalingskwestie: dit woordje 'eudokia': wat betekent dat eigenlijk? Of beter: wat kan dat allemaal wel/niet betekenen. Immers woorden hebben eerder 'betekenis-velden', dan dat ze eenduidig zijn.

Deze worden best apart behandeld anders ontstaat er (nog meer) verwarring.

1. het tekstkritische punt: Staat er een nominatief (eudokia) of een genetief (eudokias)

Oh ja, even vooraf: de handschriften hebben geen leestekens (behalve een punt aan het eind). Dus komma's mag/moet u zelf zetten.
Het verschil zit ’m dus in de aan-afwezigheid van de genetief-‘s’ aan het eind van het woordje ‘eudokia’.

eudokia
= eerste naamval (nominatief): de vrede op aarde staat dan los van het welbehagen dat God in mensen heeft. Hierdoor worden die laatste drie woorden een (nominaal) zinnetje op zichzelf, naast de twee andere eveneens nominale zinnen.
eudokias
= tweede naamval (genetief): de vrede op aarde is bestemd voor 'mensen van het welbehagen'. Hierdoor moeten de laatste drie woorden verbonden worden met de vorige.

De huidige vertalers - dat is u al wel duidelijk vermoed ik - verkiezen bijna allemaal de genetiefconstructie. Moderne vertalingen laten in de vertaling de genetief weg door hem als een een bijzin te vertalen. Dat loopt beter en is vertaaltechnisch een prima oplossing (doeltaalgericht, brontekstgetrouw): vrede op aarde bij de mensen die God liefheeft. Hoe ook vertaald: door deze constructie te accepteren wordt de engelenzang tweeledig:

Eer aan God in den hoge
En op aarde vrede bij mensen des welbehagens

Anders gezegd: de tweede uitsprak 'vrede op aarde' is niet in algemene zin bedoeld, maar wordt gekwalificeerd door te zeggen voor wie die vrede op aarde bestemd is, nl voor de "mensen des welbehagens". Terzijde: over andere mogelijkheden om deze genetiefzin te vertalen en te interpreteren (mensen van goede wil) zie sub 2. Maar toch alvast dit: Vroeger deden protestanten nogal denigrerend over Hieronymus vertaling (ze noemden die 'fout'), maar dat is dan toch vooral leerstellig gemotiveerd geweest, want qua qua grammatica en syntaxis vindt Hieronymus de moderne taalwetenschap juist aan zijn kant.

Verkiest men de nominatief, dan wordt de engelenzang driedelig.

Eer aan God in de hoge
En op aarde vrede
In de mensen welbehagen

HIer bewerkt de geboorte van het Kerstkind 3 dingen: eer voor God, vrede op aarde, en een welbehagen in de mensen.

Zoals gezegd: Beide ‘versies’ worden gesteund door belangrijke oude tekstgetuigen (teksttradities). Taalwetenschappers en onderzoekers proberen het gewicht van de tekstgetuigen te bepalen. Daarbij wegen ze argumenten af (ouderdom van het handschrift, globale kwaliteit ervan, mogelijke verklaringen van hoe verschillen zijn ontstaan (overschrijffouten, lectio difficilior). Dit gebeurt zo objectief/controleerbaar mogelijk, maar blijft een betwistbaar gebeuren. Wie is er onbevooroordeeld in dezen? Hoe dat ook zij: De wetenschappelijke tekstedities kiezen al ruim een eeuw voor eudokias. Hieronder een samenvatting van de tekstgetuigen voor beide lezingen.

A. en antropois eudokias

Deze lezing is te vinden in de oudste manuscripten van de Alexandrijnse traditie (= oranje in de afbeelding van het kritisch apparaat van de Griekse tekst). De Alexandrijnse tekst zelf is de oudste. Ze komt voor in de codex Alexandrinus en in een reeks papyrus (fragmenten). Opvallend hierbij: de slot-s is in de codex Sinaïticus (א) en Vaticanus (B) is wel aanwezig geweest, maar is daar weggekrabt! Dat kun je nog zien. Interessant! Waarom/wanneer zou dat gedaan zijn? [lastige vragen]. Verder. De genetiefconstructie kun je ook vinden bij kerkvaders, en in Latijnse bijbels (vertalingen, bijv. de Vulgaatvertaling van Hieronymus veronderstelt de genetiefconstructie). Ook ineressant: Origenes (eerste decennium van de derde eeuw - dat is zeer vroeg) las/schreef Grieks. Van hem is een uitleg van deze passage overgeleverd (jammer genoeg enkel in een Latijnse vertaling), waarin hij de genetief-s veronderstelt. Hier ziet u de tekst in het originele handschrift (de 's' = slot-sigma = de laatste letter op de vierde regel). In het hoofdletterschrift schrijf je de slot-sigma als een half maantje.

TERZIJDE: Er zijn ook enkele tekstgetuigen die de zin overleveren zonder het voorzetsel ‘en’ (in/bij). Strikt genomen is dat dat voorzetsel niet nodig. Antropois is een datief (derde naamval).

B. en antropois eudokia

In de Byzantijnse en jongere versies van de Alexandrijnse traditie (en ook in Vaticanus en Sinaïticus, maar dan door verwijdering van de ‘s’. Dus tellen eigenlijk niet mee). Maar nogmaals: Waarom schrapt men een slot-s ? Ook bij kerkvaders en in sommige versies van de Latijnse bijbel (Vulgaat) wordt deze lezing verondersteld (NB: de Vulgaat is voor het concilie van Trente een 'verzamelterm' voor de meest gebruikte Latijnse bijbeltekst. Die kan echter verschillen, per regio. Er was geen vastgelegde normatieve tekst. Dat gebeurt pas op het Concilie van Trente, eind 16de eeuw, en dan wordt in de verschillende edities juist deze tekst ook nog een keer gewijzigd ! Ook verondersteld is deze lezing in de Syrische vertaling van het NT. En ze is aanwezig in de ‘Textus receptus’ (een 16de eeuwse Griekse tekst die is samengesteld op grond van de toen beschikbare originelen, echter 'on-kritisch' (d.w.z. niet volgens de huidige wetenschappelijke criteria, NB. dat is geen verwijt. Die wetenschap bestond nog niet, ze begon toen geboren te worden. Het waren pioniers). Deze tekst ligt ten grondslag van de bijbelvertalingen in de 16de en 17de eeuw. Hier is dus het drieledige vers aanwezig in het Grieks. Vandaar dat naast de Statenvertaling ook de vertaling van Luther (Ehre sei Gott in der Höhe und Frieden auf Erden und den Menschen ein Wohlgefallen) en de Bible de Genève (Gloire soit à Dieu és cieux très-hauts, et en terre paix, envers les hommes bonne volonté) en de King James (Glory to God in the highest, and on earth peace, good will toward men) allemaal een drieledig vers aanbieden. Hier de Codex Sinaïticus zonder slot-sigma (maar zelfs op de foto kun je zien dat daar iets is weggekrabt. NB dit wordt overigens door niemand betwist...).

https://codexsinaiticus.org/en/

NB: Hieronymus (Vulgata) blijkt ook een genetief te hebben gelezen. Hij heeft immers ook een tweedeling, maar biedt enkel een afwijkende vertaling van het Griekse woord eudokias. Dus Vulgata, NBG 1951, Willibrord, NBV etc. veronderstellen allemaal dezelfde griekse tekst met genetief en dus een tweeledige strofe (A). Enkel hun vertaalkeuzes verschillen. Zie verder punt 2.

Deze samenloop van omstandigheden verklaart waarom in de 16de en 17de eeuwse vertalingen in de volkstaal die op de grondtalen zijn gebaseerd (Luther, Bible de Genève, King James, Staten Vertaling) allemaal de drieslag hebben. Zij hebben dezelfde griekse grondtekst gebruikt (Erasmus, Estienne/Stephanus, Beza etc.), die door de kerken toen als de 'juiste tekst' is aanvaard ('Textus Receptus'). In die editie staat eudokia. Pas met de opkomst van de tekst-kritische bijbelwetenschap wordt er aandacht gevraagd voor tekstgetuigen met eudokias en helt de sympathie vervolgens al snel over naar die variant. Of die nieuwe voorkeur 'dwingend' is... Ik weet het niet. Maar lees verder.

2. Hoe vertaal je 'eudokia' (welbehagen, goodwill) en wat gebeurt er dan als het in een genetiefconstructie staat met 'mensen'.

Deze discussie speelt niet echt in de Griekse kerk, want zij verstaan meteen wat ze lezen (menen ze toch, net als u denkt dat u begrijpt wat ik schrijf als u Nederlandstalig bent). Het probleem begint met de Latijnse vertaling van de Griekse termen mensen des welbehagens. In de Vulgata (versie van Hieronymus, eind 4de eeuw) heten zij homines bonae voluntatis = mensen van goeden wille. De constructie wordt dan dus dat er vrede op aarde zal zijn bij mensen die van goede wil zijn, of zelfs: die het goede willen… Een mooie boodschap voor de Kersttijd, zeker, maar dit is wel een ietwat verrassende (uitdagende) vertaalkeuze van Hieronymus. Is die houdbaar?

Het Griekse woord eudokia komt van het werkwoord eudokeoo , wat in het Grieks meerdere betekenissen heeft: Van 1. instemmen met, via 2. een welbehagen vinden in, tot 3. uitkiezen, en 4. bereid zijn, willen, tot 5. besluiten. Terzijde: in de Epicureïsche filosofie is het bereiken van een ‘eudokoumenè dzoè’ (leven waarmee men tevreden is) het hoogste wat je bereiken kunt. Hieronymus’ vertaling (bonae voluntatis, conform betekenis 4) lijkt mij op zich dus wel mogelijk. Als ik leraar Grieks op een Latijnse school zou zijn, zou ik er geen rode streep doorheen trekken. Hoogstens zou ik zelf de voorkeur geven aan homines benevolentiae... Echter:

Er moet nog een belangrijk element toegevoegd worden aan de vertaalopdracht. We vertalen geen Homeros of Epikouros, maar een Joodse tekst uit de hellenistische tijd: Voor een bijbelvertaler is die context van belang. Dat gaat dan over de taal zelf : dat is Hellenistisch Grieks, Koinè Grieks (= het Engels van toen als u begrijpt wat ik bedoel), met een sterk Joods accent en ditto kleuring. Maar dit gaat ook over de betekeniscontext. Het is een religieuze tekst, die voor christenen relevant was/is. Dus hoewel in het Grieks geschreven, hebben ze een Joodse verstaanshorizont. Doorslaggevend daarbij is dan niet de theologisch gewenste betekenis (jammer genoeg speelt dat natuurlijk wel een rol), maar de objectief religieus-taalkundige. Een cruciale rol is hierbij weggelegd voor documenten uit hetzelfde milieu, rond ca. dezelfde tijd (liefst iets vroeger). De vraag: in welke betekenis wordt dit woord, deze zinswending, gebruikt in andere Joodse bronnen die geschreven zijn rond het begin van de jaartelling. De Septuaginta (Griekse vertaling van de Joodse bijbel), rabbijnse teksten, en interessant ook Qumran etc..

Als we dit meenemen, dan wordt vrij snel aannemelijk dat de genitief constructie ‘mensen des welbehagens’ – in tegenstelling tot wat men vroeger dacht – geworteld is in een heel gebruikelijke Hebreeuwse genitiefconstructie, die de door God gekozen groep (of subgroep > Qumran) aanduidt. Zoals in het Johanneïsch taaleigen (ook sterk hebraïserend) er sprake is van kinderen ‘des lichts/der duisternis’. Zo zou hier dan sprake zijn van mensen ‘des welbehagens’ als de aanduidingen van een specifieke 'uitverkoren' groep. Het woord ‘eudokia’ staat dan op de plek van het Hebreeuwse woordje ratsoon. Dat woord heeft duidelijker dan eudokia bijna altijd betrekking op het welbehagen van God, zijn keuze voor de mens (of een groep mensen). Het valt vaak samen met de uitverkorenen. Belangrijk: in die genetiefconstructie is God het subject van dat welbehagen (ratsoon/eudokia), en zijn de mensen het object. De samenstelling mensen des welbehagens kan dus een semitische oorsprong hebben. Ook rabbijnen gebruiken ze in gebedsformules: Het zij U, o God, welgevallig…

- In het synagogale achttiengebed, Sjemone Esre, wordt gebeden: "Heb welgevallen JHWH, onze God, aan uw volk Israël".
- In de manuscripten van Qumran (fragmenten) wordt in I QH IV. 32 en 33 gesproken over "de volheid van Gods erbarmen over alle zonen van zijn welbehagen" (Hebreeuws: ‘bene retsono’. Geheel parallel aan de ‘kinderen des lichts etc…’
Tenslotte: Lukas kan perfect Grieks, ook in syntax en idioom (Johannes niet!), maar heeft in de eerste twee hoofdstukken blijkbaar er expres voor gekozen om de verhalen te vertellen in ‘hebraïserend grieks’… Daardoor klinkt het net alsof zijn tekst aansluit bij de Joodse bijbel. Dat was dan ook waarschijnlijk zijn bedoeling. Never underestimate the literary talents of biblical authors ! Daar past deze genetiefconstructie dus heel goed bij. In één zin de conclusie - geïnspireerd door Hieronymus en de Engelse vertaling 'good will':

Hoe ook vertaald: het gaat  niet om de goede wil van de mensen,
maar om de goedwillendheid van God jegens de mensen.

Mijn persoonlijke opinie

ik vind dat er voor de lezing ‘eudokia’ toch ook wel iets te zeggen blijft, ook na alles wat ik hierboven opschreef. Namelijk het poëtisch gehalte... het ritme van drie korte nominale zinnen. Taalkundig wordt dit m.i. ondersteund door de aanwezigheid van drie voorzetsels in de uitspraak. .. er is iets te melden in de hemel , op de aarde, en bij de mensen... Dit argument wint aan kracht vanuit de simpele taalkundige vaststelling dat bij de genetief-constructie het voorzetsel ‘en’ eigenlijk overbodig, om niet te zeggen storend is. Als je in het Grieks wilt zeggen: vrede voor de mensen des welbehagens, dan zeg je ‘eirene antropois eudokias’, niet eirene en antropois. Net als in het Latijn: geen voorzetsel nodig. De vertalers weten dat ook wel, daarom dat ze vaak iets ruimer vertalen: vrede onder of temidden van de mensen van goodwill... Maar u voelt dat dat toch een beetje blijft wringen. Als de vrede voor de aarde bestemd is, dan kan dat voorzetsel 'en' bij ‘Eudokia’ genomen worden. Plus - klap op de vuurpijl - in combinatie met dat woord is het juist heel gewoon om 'en' te gebruiken (aldus mijn woordenboek van de middelbare school: εὐδοκία - welbehagen, voorkeur, goede bedoeling, besluit, τινι of ἐν τινι). Vandaar mijn voorkeur voor 'Glory to God in the highest, and peace on earth, goodwill towards men'. Anderzijds: een tweedeling is ook wel mooi: De glorie in de hemel voor God is te vinden in/ correspondeert met de vrede op de aarde bij de mensen die God liefheeft. En nu u ! Wat denkt u? Hoe leest ge?

Hieronder de editie van het Griekse NT.

Oranje kader is de lezing met de genetief-constructie. In het kritisch apparaat de handschriften (papyrus en codex) met eudokias. In het blauw de handschriften met eudokia. Beide keren is dus in het rijtje de Sinaïticus (א) en Vaticanus (B) aanwezig. Met eenasterisk = oorspronkelijke versie en met een superscript getal duidend op een latere correctie (i.c. het wegkrabben van de slot-s)

Lukas2_14_eudokia

Dick Wursten, voor meer Schriftuitleg: preeklijst