Amore et studio elucidande veritatis hec subscripta
disputabuntur Wittenberge, Presidente R. P. Martino Lutther,
Artium et S. Theologie Magistro eiusdemque ibidem lectore
Ordinario. Quare petit, ut qui non possunt verbis presentes
nobiscum disceptare agant id literis absentes.
In nomine
domini nostri Hiesu Christi. Amen.
|
Uit liefde voor de waarheid
en ijver om die helder te krijgen,
zal te Wittenberg onder leiding van de E.P.
[eerwaarde pater] Martin
Luther, Master of Arts & Theology, aldaar gewoon hoogleraar,
gedisputeerd worden over het onderstaande. Hij
verzoekt daarom degenen die niet in de gelegenheid zijn om
met ons daarover face-to-face te discussiëren, dit vanop
afstand schriftelijk te doen.
In de naam van onze Heer Jezus
Christus, AMEN |
1. Dominus et magister noster Iesus Christus dicendo
`Penitentiam agite &c.' omnem vitam fidelium penitentiam
esse voluit. |
1. Toen onze Heer en Meester Jezus Christus zei: 'Doet
boete' enz. (Penitentiam agite
staat er in de Vulgaat [= Bijbel] in Matth. 4: 17),
wilde Hij dat het hele leven van de gelovigen boetedoening
('penitentie') zou zijn. |
2. Quod verbum de penitentia sacramentali (id est
confessionis et satisfactionis, que sacerdotum ministerio
celebratur) non potest intelligi. |
2. Dit woord
kan niet verstaan worden als betrekking hebbend
op het sacrament van de boete ('penitentia'). Dat bestaat
immers uit de biecht ('confessio' - schuldbelijdenis) en
genoegdoening ('satisfactio'), bediend door het priesterlijk ambt. |
3. Non tamen solam intendit interiorem, immo interior nulla
est, nisi foris operetur varias carnis mortificationes. |
3. Het heeft ook niet alleen betrekking op
het innerlijk
(versta de 'innerlijke boete'), immers de innerlijke boete is niets waard als
die niet niet naar buiten toe op allerlei wijze de
versterving van het vlees ('mortificatio') bewerkt. |
4. Manet itaque pena, donec manet odium sui (id est
penitentia vera intus), scilicet usque ad introitum regni
celorum. |
4. Daarom blijft de straf, zolang de mens een afkeer van
zichzelf heeft (dat is de echte innerlijke boete), dat wil
zeggen: tot men binnentreedt in het koninkrijk der hemelen. |
5. Papa non vult nec potest ullas penas remittere preter
eas, quas arbitrio vel suo vel canonum imposuit. |
5. De paus wil en kan geen andere straf kwijtschelden dan
die hij heeft opgelegd naar eigen oordeel of volgens
kerkelijke wetten. |
6. Papa non potest remittere ullam culpam nisi declarando,
et approbando remissam a deo Aut certe remittendo casus
reservatos sibi, quibus contemptis culpa prorsus remaneret. |
6. De paus kan geen enkele schuld kwijtschelden
behalve door
te verklaren en te bekrachtigen dat ze door God vergeven is;
welzeker kan hij die zaken vergeven die hem zijn
voorbehouden, waarbij de schuld voorzeker zou blijven
bestaan als men dat zou negeren. |
7. Nulli prorus remittit deus culpam, quin simul eum
subiiciat humiliatum in omnibus sacerdoti suo vicario. |
7. God vergeeft niemand de schuld zonder hem tegelijk te
brengen tot deemoedige gehoorzaamheid aan de priester als
zijn plaatsvervanger. |
8. Canones penitentiales solum viventibus sunt impositi
nihilque morituris secundum eosdem debet imponi. |
8. De kerkelijke regels over de boete zijn alleen bestemd
voor de levenden en volgens diezelfde regels mag aan
stervenden niets worden opgelegd. |
9. Inde bene nobis facit spiritus sanctus in papa excipiendo
in suis decretis semper articulum mortis et necessitatis. |
9. Daarom bewijst de Heilige Geest ons door de paus een
weldaad, waar deze in zijn decreten altijd een uitzondering
maakt voor de situatie van dood of uiterste nood. |
10. Indocte et male faciunt sacerdotes ii, qui morituris
penitentias canonicas in purgatorium reservant. |
10. On-beleerd en verkeerd handelen die priesters die voor
stervenden kerkelijke boetedoeningen tot in het vagevuur
laten gelden. |
11. Zizania illa de mutanda pena Canonica in penam
purgatorii videntur certe dormientibus episcopis seminata. |
11. Dit onkruid, dat men canonieke straffen [kerkelijk
bepaalde boetedoening] laat doorlopen tot in het vagevuur,
is zeker en vast gezaaid toen de bisschoppen sliepen. |
12. Olim pene canonice non post, sed ante absolutionem
imponebantur tanquam tentamenta vere contritionis. |
12. Vroeger werden 'canonieke straffen' niet ná maar vóór de
absolutie opgelegd om de oprechtheid van het het berouw te
testen. |
13. Morituri per mortem omnia solvunt et legibus canonum
mortui iam sunt, habentes iure earum relaxationem. |
13. De stervenden worden door hun dood verlost van dit
alles, en de bepalingen van het 'canoniek recht' gelden de
iure niet voor gestorvenen. |
14. Imperfecta sanitas seu charitas morituri necessario
secum fert magnum timorem, tantoque maiorem, quanto minor
fuerit ipsa. |
14. Onvolkomen vroomheid of onvolkomen liefde veroorzaken op
het sterfbed noodzakelijkerwijs grote angst; en des te
groter naarmate die beide geringer zijn. |
15. Hic timor et horror satis est se solo (ut alia taceam)
facere penam purgatorii, cum sit proximus desperationis
horrori. |
15. Die angst en schrik zijn op zichzelf - om van andere
dingen nog maar te zwijgen - al voldoende om een mens de
pijn van het vagevuur te doen gevoelen, omdat ze dichtbij de
verschrikking van de vertwijfeling komt. |
16. Videntur infernus, purgaturium, celum differre, sicut
desperatio, prope desperatio, securitas differunt. |
16. Men kan zeggen, dat hel, vagevuur en hemel op dezelfde
wijze te onderscheiden zijn als vertwijfelen, bijna
vertwijfelen en heilszekerheid. |
17. Necessarium videtur animabus in purgatorio sicut minni
horrorem ita augeri charitatem. |
17. De zielen in het vagevuur zullen vermindering van de
verschrikking wel net zo nodig hebben als toename van de
liefde. |
18. Nec probatum videtur ullis aut rationibus aut
scripturis, quod sint extra statum meriti seu augende
charitatis. |
18. Er zijn geen redelijke en schriftuurlijke motieven voor
de opvatting, dat zij niet meer in staat zijn verdienste te
verwerven of in liefde toe te nemen. |
19. Nec hoc probatum esse videtur, quod sint de sua
beatitudine certe et secure, saltem omnes, licet nos
certissimi simus. |
19. Evenmin voor de opvatting, dat alle zielen in het
vagevuur zeker zijn van hun behoud, ook al zijn wij daar
absoluut zeker van. |
20. Igitur papa per remissionem plenariam omnium penarum non
simpliciter omnium intelligit, sed a seipso tantummodo
impositarum. |
20. Daarom bedoelt de paus met de woorden 'volkomen
kwijtschelding van alle straffen' niet alle straffen, maar
alleen die hij zelf heeft opgelegd. |
21. Errant itaque indulgentiarum predicatores ii, qui dicunt
per pape indulgentias hominem ab omni pena solvi et salvari. |
21. Daarom dwalen die aflaat predikers die zeggen, dat door
de pauselijke aflaten de mens gered en bevrijd wordt van
alle straffen. |
22. Quin nullam remittit animabus in purgatorio, quam in hac
vita debuissent secundum Canones solvere. |
22. Het is dus veeleer zo, dat de paus de zielen in het
vagevuur geen enkele straf kwijtschelt, die zij volgens de
kerkelijke regels in dit leven hadden moeten boeten. |
23. Si remissio ulla omnium omnino penarum potest alicui
dari, certum est eam non nisi perfectissimis, i.e.
paucissimis, dari. |
23. Als er al sprake is van kwijtschelding van alle
straffen, dan bestaat dat alleen voor de meest volkomenen,
dus voor heel weinigen. |
24. Falli ob id necesse est maiorem partem populi per
indifferentem illam et magnificam pene solute promissionem. |
24. Daarom wordt een groot deel van het volk bedrogen,
wanneer hun met een groots gebaar zonder onderscheid de
vrijspraak van alle straf beloofd wordt. |
25. Qualem potestatem habet papa in purgatorium generaliter,
talem habet quilibet Episcopus et Curatus in sua diocesi et
parochia specialiter. |
25. Wat geldt voor de paus ten aanzien van het vagevuur in
het algemeen, dat geldt evengoed voor elke bisschop en
pastoor in hun bisdom of parochie. |
1. [26] Optime facit papa, quod non potestate clavis (quam
nullam habet) sed per modum suffragii dat animabus
remissionem. |
26. De paus doet er zeer goed aan de zielen in het vagevuur
vergeving te schenken niet krachtens zijn sleutelmacht, die
hij helemaal niet heeft, maar op grond van de voorbede. |
2. [27] Hominem predicant, qui statim ut iactus nummus in
cistam tinnierit evolare dicunt animam. |
27. Men verkondigt de mens [=
niet-Gods leer], als men beweert dat de ziel uit
het vagevuur omhoogschiet, zodra de klank van het geld in de
kist rinkelt. |
3. [28] Certum est, nummo in cistam tinniente augeri questum
et avariciam posse: suffragium autem ecclesie est in
arbitrio dei solius. |
28. Eén ding is zeker: zodra het geld in de kist klinkt
kunnen gewinzucht en hebzucht toenemen; de voorbede van de
Kerk rust op Gods besluit alleen. |
4. [29] Quis scit, si omnes anime in purgatorio velint
redimi, sicut de s. Severino et Paschali factum narratur. |
29. Wie weet eigenlijk, of alle zielen in het vagevuur wel
verlost willen worden; denk maar aan wat verteld wordt over
Sint Severinus en Sint Paschalis.
[die wilden wat langer in het vagevuur blijven om een betere
plaats in de hemel te verwerven] |
5. [30] Nullus securus est de veritate sue contritionis,
multominus de consecutione plenarie remissionis. |
30. Niemand is zeker dat zijn berouw vokomen oprecht is,
laat staan dat hij zeker kan zijn van de volledigheid van de
vergeving. |
6. [31] Quam rarus est vere penitens, tam rarus est vere
indulgentias redimens, i. e. rarissimus. |
31. Zo zeldzaam als iemand die echt boetedoet, zo zeldzaam
is iemand die echt aflaat ontvangt, d.w.z. uiterst zeldzaam. |
7. [32] Damnabuntur ineternum cum suis magistris, qui per
literas veniarum securos sese credunt de sua salute. |
32. Wie denken door aflaatbrieven zeker te zijn van hun
behoud zullen met hun leraars onder het eeuwig oordeel
vallen. |
8. [33] Cavendi sunt nimis, qui dicunt venias illas Pape
donum esse illud dei inestimabile, quo reconciliatur homo
deo. |
33. Men kan zich niet genoeg hoeden voor hen die de aflaat
van de paus een onschatbare gave Gods noemen waardoor de
mens met God verzoend wordt. |
9. [34] Gratie enim ille veniales tantum respiciunt penas
satisfactionis sacramentalis ab homine constitutas. |
34. Immers, de genade van de aflaat heeft alleen maar
betrekking op de door mensen bij de biecht opgelegde
genoegdoeningen. |
10. [35] Non christiana predicant, qui docent, quod
redempturis animas vel confessionalia non sit necessaria
contritio. |
35. Niet christelijk prediken zij, die leren, dat zij die
zielen uit het vagevuur loskopen of biechtbrieven verwerven
geen berouw nodig hebben. |
11. [36] Quilibet christianus vere compunctus habet
remissionem plenariam a pena et culpa etiam sine literis
veniarum sibi debitam. |
36. Ieder christen die oprecht berouw heeft, heeft een
volkomen vergeving van straf en schuld, ook zonder
aflaatbrieven. |
12. [37] Quilibet versus christianus, sive vivus sive
mortuus, habet participationem omnium bonorum Christi et
Ecclesie etiam sine literis veniarum a deo sibi datam. |
37. Ieder christen, hetzij dood of levend, heeft deel aan
alle goederen van Christus en van de Kerk, ook zonder
aflaatbrieven; het wordt alles door God geschonken. |
13. [38] Remissio tamen et participatio Pape nullo modo est
contemnenda, quia (ut dixi) est declaratio remissionis
divine. |
38. Toch moet het aandeel van de paus in de vergeving niet
veracht worden, want - zoals boven gezegd
(st. 6) - ook dat is een
aanzeggen en toezeggen van de goddelijke vergeving. |
14. [39] Difficillimum est etiam doctissimis Theologis simul
extollere veniarum largitatem et contritionis veritatem
coram populo. |
39. Het is erg moeilijk, ook voor de geleerdste theologen,
om voor het volk tegelijk hoog op te geven van een overvloed
aan aflaten en aan te sporen tot een waarachtig berouw. |
15. [40] Contritionis veritas penas querit et amat, Veniarum
autem largitas relaxat et odisse facit, saltem occasione. |
40. Waarachtig berouw verlangt de straf en bemint die, maar
de overvloed aan aflaten maakt onverschillig en doet die
(straffen) haten, geeft daar althans gelegenheid toe. |
16. [41] Caute sunt venie apostolice predicande, ne populus
false intelligat eas preferri ceteris bonis operibus
charitatis. |
41. Men moet voorzichtig zijn met het verkondigen van de
pauselijke aflaten, opdat bij het volk niet de verkeerde
mening post vat, dat deze de voorkeur verdienen boven andere
goede werken der liefde. |
17. [42] Docendi sunt christiani, quod Pape mens non est,
redemptionem veniarum ulla ex parte comparandam esse
operibus misericordie. |
42. Men moet de christenen leren:
het is niet in de geest
van de paus het verwerven van aflaten ook maar bij
benadering op één lijn te stellen met de werken der barmhartigheid. |
18. [43] Docendi sunt christiani, quod dans pauperi aut
mutuans egenti melius facit quam si venias redimereet. |
43. Men moet de christenen leren:
Wie aan een arme geeft
of aan een behoeftige leent, handelt beter dan wie een aflaat
koopt. |
19. [44] Quia per opus charitatis crescit charitas et fit
homo melior, sed per venias non fit melior sed tantummodo a
pena liberior. |
44. Want door een daad van liefde neemt de liefde toe en
wordt de mens beter, maar door de aflaat wordt hij niet
beter, hoogstens van wat straffen bevrijd. |
20. [45] Docendi sunt christiani, quod, qui videt egenum et
neglecto eo dat pro veniis, non idulgentias Pape sed
indignationem dei sibi vendicat. |
45. Men moet de christenen leren:
Wie een arme ziet en hem negeert en in plaats daarvan een aflaat koopt,
verwerft zich niet een pauselijke aflaat maar de toorn Gods. |
21. [46] Docendi sunt christiani, quod nisi superfluis
abundent necessaria tenentur domui sue retinere et nequaquam
propter venias effundere. |
46. Men moet de christenen leren:
Als ze geen
overdadige rijkdom bezitten, dan zijn ze verplicht wat voor hun
huis(houden) nodig is opzij te zetten en het in geen geval aan aflaten te
verspillen. |
22. [47] Docendi sunt christiani, quod redemptio veniarum
est libera, non precepta. |
47. Men moet de christenen leren:
Aflaten kopen geschiedt op vrijwillige basis en is geen gebod. |
23. [48] Docendi sunt christiani, quod Papa sicut magis eget
ita magis optat in veniis dandis pro se devotam orationem
quam promptam pecuniam. |
48. Men moet de christenen leren:
De paus verlangt en wenst als hij een aflaat toekent,
veeleer een vroom gebed voor hemzelf dan snel geld. |
24. [49] Docendi sunt christiani, quod venie Pape sunt
utiles, si non in eas confidant, Sed nocentissime, si
timorem dei per eas amittant. |
49. Men moet de christenen leren:
De pauselijke aflaat
is nuttig zolang men daarop niet z'n vertrouwen stelt, maar
is extreem schadelijk, als men daardoor de vreze
Gods vaarwel zegt. |
25. [50] Docendi sunt christiani, quod si Papa nosset
exactiones venialium predicatorum, mallet Basilicam s. Petri
in cineres ire quam edificari cute, carne et ossibus ovium
suarum. |
50. Men moet de christenen leren:
Als de paus wist hoe de aflaatpredikers het geld binnenhalen,
dan zou hij liever de St. Pieterskerk in de as leggen, dan die
laten opbouwen met huid, vlees en botten van zijn schapen. |
1. [51] Docendi sunt christiani, quod Papa sicut debet ita
vellet, etiam vendita (si opus sit) Basilicam s. Petri, de
suis pecuniis dare illis, a quorum plurimis quidam
concionatores veniarum pecuniam eliciunt. |
51. Men moet de christenen leren:
De paus zou bereid zijn - zoals hij dat ook verplicht is - zonodig de St.
Pieterskerk te verkopen om van zijn eigen geld uit te delen
aan hen - en ze zijn met velen - bij wie de aflaatkramers het geld uit de
zakken kloppen. |
2. [52] Vana est fiducia salutis per literas veniarum, etiam
si Commissarius, immo Papa ipse suam animam pro illis
impigneraret. |
52.
Erop vertrouwen door aflaten zalig te worden is zinloos,
zelfs al zou de aflaatcommissaris, ja de paus zelf, er zijn ziel voor in
onderpand geven. |
3. [53] Hostes Christi et Pape sunt ii, qui propter venias
predicandas verbum dei in aliis ecclesiis penitus silere
iubent. |
53. Wie ten behoeve van de aflaatpreken de verkondiging van
het Woord van God in de kerken in de omgeving verbieden,
zijn vijanden van Christus en de paus. |
4. [54] Iniuria fit verbo dei, dum in eodem sermone equale
vel longius tempus impenditur veniis quam illi. |
54. Aan het Woord van God wordt onrecht gedaan, als men in
een preek evenveel of zelfs meer tijd besteedt aan het
verkondigen van de aflaat dan aan het Woord van God. |
5. [55] Mens Pape necessario est, quod, si venie (quod
minimum est) una campana, unis pompis et ceremoniis
celebrantur, Evangelium (quod maximum est) centum campanis,
centum pompis, centum ceremoniis predicetur. |
55.
Dit is zeker de bedoeling van de paus: Als er
voor de aflaat - het geringe - één klok geluid wordt, één
processie en één dienst gehouden wordt, dan moet het Evangelie
met honderd klokken ,
honderd processies, en honderd kerkdiensten, verkondigd
worden. |
6. [56] Thesauri ecclesie, unde Pape dat indulgentias, neque
satis nominati sunt neque cogniti apud populum Christi. |
56. De 'schatten' der Kerk waaruit de paus de aflaat
uitdeelt, zijn in de gemeente van Christus niet duidelijk
genoeg aangegeven of bekend gemaakt. |
7. [57] Temporales certe non esse patet, quod non tam facile
eos profundunt, sed tantummodo colligunt multi
concionatorum. |
57. Blijkbaar gaat het hier niet om tijdelijke goederen,
want die zouden door velen van de predikers niet zo
makkelijk met volle handen uitgedeeld worden, die zouden ze
eerder inzamelen. |
8. [58] Nec sunt merita Christi et sanctorum, quia hec
semper sine Papa operantur gratiam hominis interioris et
crucem, mortem infernumque exterioris. |
58. Het zijn ook niet de verdiensten van Christus en de
heiligen, want die bewerken altijd, zonder toedoen van de
paus, de genade voor de innerlijke mens en tegelijkertijd
kruis, dood en hel voor de uitwendige mens. |
9. [59] Thesauros ecclesie s. Laurentius dixit esse pauperes
ecclesie, sed locutus est usu vocabuli suo tempore. |
59. St. Laurentius heeft de armen der Kerk de schatten
der Kerk genoemd; maar hij heeft daarbij het woord gebruikt
naar de geest van zijn tijd. |
10. [60] Sine temeritate dicimus claves ecclesie (merito
Christi donatas) esse thesaurum istum. |
60. Wij zijn het er helemaal mee eens, dat die schat bedoeld
is, als het over de sleutels van de
Kerk (door de verdienste van
Christus geschonken) gaat. |
11. [61] Clarum est enim, quod ad remissionem penarum et
casuum sola sufficit potestas Pape. |
61. Want het is duidelijk, dat voor kwijtschelding van straffen
en in de hem voorbehouden gevallen
(zie st. 6), de macht van de paus
alleen voldoende is. |
12. [62] Verus thesaurus ecclesie est sacrosanctum
evangelium glorie et gratie dei. |
62. De ware schat der Kerk is het heilig Evangelie
van de heerlijkheid en de genade van God. |
13. [63] Hic autem est merito odiosissimus, quia ex primis
facit novissimos. |
63. Maar deze schat wordt - logisch - zeer gehaat, want hij
maakt de eersten tot de laatsten. |
14. [64] Thesaurus autem indulgentiarum merito est
gratissimus, quia ex novissimis facit primos. |
64. De schat der aflaten daarentegen is bijzonder
geliefd - ook logisch - want hij maakt de laatsten tot de eersten. |
15. [65] Igitur thesauri Evangelici rhetia sunt, quibus olim
piscabantur viros divitiarum. |
65. De schatten van het Evangelie zijn dus de netten waarmee
men vroeger vermogende mensen ving. |
16. [66] Thesauri indulgentiarum rhetia sunt, quibus nunc
piscantur divitias virorum. |
66. De schatten van de aflaat zijn de netten waarmee men nu
het vermogen van de mensen vangt. |
17. [67] Indulgentie, quas concionatores vociferantur
maximas gratias, intelliguntur vere tales quoad questum
promovendum. |
67. De aflaat, die door de predikers als de 'grootste
genade' verkondigd wordt, moet inderdaad 'groot' heten, in
die zin, dat hij veel opbrengt. |
18. [68] Sunt tamen re vera minime ad gratiam dei et crucis
pietatem comparate. |
68. Maar de aflaat is werkelijk uiterst gering, vergeleken
met de genade van God en het geloofsleven onder het kruis. |
19. [69] Tenentur Episcopi et Curati veniarum apostolicarum
Commissarios cum omni reverentia admittere. |
69. De bisschoppen en pastoors zijn verplicht de
commissarissen van de apostolische aflaat met alle eerbied
toe te laten. |
20. [70] Sed magis tenentur omnibus oculis intendere,
omnibus auribus advertere, ne pro commissione Pape sua illi
somnia predicent. |
70. Maar ze zijn nog meer verplicht met ogen en oren op te
letten, dat deze commissarissen niet in plaats van wat de
paus heeft opgedragen hun eigen fantasieën prediken. |
21. [71] Contra veniarum apostolicarum veritatem qui
loquitur, sit ille anathema et maledictus. |
71. Wie de waarheid van de pauselijke aflaat weerspreekt,
die zij vervloekt en verdoemd! |
22. [72] Qui vero, contra libidinem ac licentiam verborum
Concionatoris veniarum curam agit, sit ille benedictus. |
72. Maar wie zich bezorgd maakt over de willekeur en de
brutaliteit in de woorden van de aflaatpredikers, die zij
gezegend! |
23. [73] Sicut Papa iuste fulminat eos, qui in fraudem
negocii veniarum quacunque arte machinantur, |
73. Zoals de paus terecht met zijn toorn en ban hen straft
die ten aanzien van de aflaathandel allerlei bedrog plegen, |
24. [74] Multomagnis fulminare intendit eos, qui per
veniarum pretextum in fraudem sancte charitatis et veritatis
machinantur, |
74. zo wil hij nog veel meer hen straffen met zijn toorn en
de ban, die onder de dekmantel van de aflaat met allerlei
handigheden aan de heilige liefde en de waarheid afbreuk
doen. |
25. [75] Opinari venias papales tantas esse, ut solvere
possint hominem, etiam si quis per impossibile dei
genitricem violasset, Est insanire. |
75. Te veronderstellen, dat de aflaat van de paus zo
krachtig werkt, dat hij een mens zou kunnen vrijspreken van
de zonde, zelfs als hij (om iets onmogelijks te noemen) de
moeder Gods verkracht had, is krankzinnig. |
1. [76] Dicimus contra, quod venie papales nec minimum
venialium peccatorum tollere possint quo ad culpam. |
76. Wij stellen daarentegen, dat de pauselijke aflaat niet
de schuld kan wegnemen van ook maar de geringste
vergefelijke zonde. |
2. [77] Quod dicitur, nec si s. Petrus modo Papa esset
maiores gratias donare posset, est blasphemia in sanctum
Petrum et Papam. |
77. Wie zegt, dat St. Petrus, als hij nu paus was, geen
groter genade zou kunnen uitdelen, lastert zowel St. Petrus
als de paus. |
3. [78] Dicimus contra, quod etiam iste et quilibet papa
maiores habet, scilicet Evangelium, virtutes, gratias
curationum &c. ut 1. Co. XII. |
78. Daartegenover stellen wij, dat deze, ja iedere paus,
over grotere genaden (dan de aflaat) beschikt, namelijk over
het Evangelie, krachten, de charismata der genezing enz.
zoals beschreven in
1 Cor. 12 |
4. [79] Dicere, Crucem armis papalibus insigniter erectam
cruci Christi equivalere, blasphemia est. |
79. Zeggen, dat het aflaat-kruis
dat opgericht wordt (in de kerken)
gesierd met het pauselijk wapen, gelijkwaardig is aan het kruis van Christus,
is een godslastering. |
5. [80] Rationem reddent Episcopi, Curati et Theologi, Qui
tales sermones in populum licere sinunt. |
80. Bisschoppen, priesters en theologen zullen er rekenschap
van moeten afleggen. dat zij dulden, dat men het volk
dergelijke dingen predikt. |
6. [81] Facit hec licentiosa veniarum predicatio, ut nec
reverentiam Pape facile sit etiam doctis viris redimere a
calumniis aut certe argutis questionibus laicorm. |
81. Een dergelijke onbeschaamde aflaatprediking maakt het
ook geleerden moeilijk om de eer en de waardigheid van de
paus in bescherming te nemen tegen laster en zeker ook tegen
de scherpe vragen van leken.
[volgen dus een aantal uitspraken zogezegd opgetekend uit de
volksmond, slimme zet van Luther] |
7. [82] Scilicet. Cur Papa non evacuat purgatorium propter
sanctissimam charitatem et summam animarum necessitatem ut
causam omnium iustissimam, Si infinitas animas redimit
propter pecuniam funestissimam ad structuram Basilice ut
causam levissimam? |
82. Te weten: Waarom ruimt de paus het vagevuur niet leeg
vanwege zijn allerheiligste liefde en vanwege de grote nood
der zielen - de rechtvaardigste reden die je kunt bedenken;
terwijl hij oneindig
veel zielen verlost vanwege dat ellendige geld voor de bouw van
de basiliek - toch wel de allerlichtste reden. |
8. [83] Item. Cur permanent exequie et anniversaria
defunctorum et non reddit aut recipi permittit beneficia pro
illis instituta, cum iam sit iniuria pro redemptis orare? |
83. -- Of: waarom blijven de dodenmissen en de jaarlijkse
gedachtenisvieringen voor de overledenen nog bestaan en
waarom geeft hij de jaargelden die daarvoor gesticht werden
niet terug, of staat hij hun teruggave niet toe, terwijl het toch
zeker onjuist is om nog voor de al (door de aflaat)
verlosten te bidden? |
9. [84] Item. Que illa nova pietas Dei et Pape, quod impio
et inimico propter pecuniam concedunt animam piam et amicam
dei redimere, Et tamen propter necessitatem ipsius met pie
et dilecte anime non redimunt eam gratuita charitate? |
84. -- Of: wat is dat voor een nieuwe vroomheid van God en
van de paus, dat zij aan een goddeloze en vijand toestaan voor geld een godvrezende en door God
beminde te verlossen, in plaats van dat zij die verlossen vanwege de nood
van die godvrezende en beminde ziel zelf, uit vrije liefde. |
10. [85] Item. Cur Canones penitentiales re ipsa et non usu
iam diu in semet abrogati et mortui adhuc tamen pecuniis
redimuntur per concessionem indulgentiarum tanquam
vivacissimi? |
85. -- Of: waarom worden de oude boetevoorschriften, die
toch allang feitelijk en praktisch zijn afgeschaft en als
dode letter beschouwd moeten worden, nog met geld afgekocht
in verband met de aflaat, alsof zij nog van kracht en
springlevend waren? |
11. [86] Item. Cur Papa, cuius opes hodie sunt
opulentissimis Crassis crassiores, non de suis pecuniis
magis quam pauperum fidelium struit unam tantummodo
Basilicam sancti Petri? |
86. -- Of: waarom bouwt de paus nu niet liever de St.
Pieterskerk van zijn eigen geld in plaats van dat van de
arme christenen, terwijl toch zijn vermogen groter is dan
dat van de rijkste Crassus? |
12. [87] Item. Quid remittit aut participat Papa iis, qui
per contritionem perfectam ius habent plenarie remissionis
et participationis? |
87. -- Of: wat kan de paus nog kwijtschelden of schenken aan
hen die door volkomen berouw reeds aanspraak hebben op
volkomen vergeving en op het verkrijgen van alle geestelijke
goederen? |
13. [88] Item. Quid adderetur ecclesie boni maioris, Si
Papa, sicut semel facit, ita centies in die cuilibet
fidelium has remissiones et participationes tribueret? |
88. -- Of: wat zou voor de Kerk beter zijn, dan wanneer de
paus, wat hij nu slechts eenmaal doet, dagelijks honderdmaal
aan elke gelovige als kwijtschelding zou uitdelen? |
14. [89] Ex quo Papa salutem querit animarum per venias
magis quam pecunias, Cur suspendit literas et venias iam
olim concessas, cum sint eque efficaces? |
89. -- Daar het de paus toch bij de aflaat meer te doen
is om de zaligheid der zielen dan om het geld, waarom heeft
hij dan de vroeger verleende brieven over aflaten doen
vervallen, terwijl die toch evenveel uitwerking hadden? |
15. [90] Hec scrupulosissima laicorum argumenta sola
potestate compescere nec reddita ratione diluere, Est
ecclesiam et Papam hostibus ridendos exponere et infelices
christianos facere. |
90. Als men deze scherpe en ernstige bezwaren van de leken
slechts met geweld wil onderdrukken en ze niet tot zwijgen
wil brengen door met goede argumenten aan te komen, betekent
dit, dat men de Kerk en de paus aan de spot der vijanden
prijs geeft en de christenen ongelukkig maakt. |
16. [91] Si ergo venie secundum spiritum et mentem Pape
predicarentur, facile illa omnia solverentur, immo non
essent. |
91. Als de aflaten naar de geest en de bedoeling van de paus
gepredikt werden, dan zouden die bezwaren makkelijk
opgevangen kunnen worden, ja dan zouden ze nooit opgekomen
zijn. |
17. [92] Valeant itaque omnes illi prophete, qui dicunt
populo Christi `Pax pax,' et non est pax. |
92. Weg dus met al die profeten, die tot de gemeente van
Christus zeggen: 'Vrede, vrede' en er is geen vrede
[Ezech. 13:10, 16] |
18. [93] Bene agant omnes illi prophete, qui dicunt populo
Christi `Crux crux,' et non est crux. |
93. Moge het echter die profeten welgaan, die tot de
gemeente van Christus zeggen: Kruis, kruis en het is geen
kruis. |
19. [94] Exhortandi sunt Christiani, ut caput suum Christum
per penas, mortes infernosque sequi studeant, |
94. Men moet de christenen aansporen om hun Hoofd Christus
te trachten na te volgen door straffen, dood en hel heen, |
20. [95] Ac sic magis per multas tribulationes intrare celum
quam per securitatem pacis confidant. |
95. en zo meer erop vertrouwen, dat zij door vele
verdrukkingen heen de hemel binnengaan, dan door een
lichtvaardig vertrouwen op die vrede. |
M.D.Xvii. |
1517 |
|
Nederlandse vertaling, bewerkt
naar:
//refo500.nl/pages/53/maarten-luthers-95-stellingen.html
Dick Wursten |
|
|