Empowerment

 

Preek over Filippenzen 2:13-14

Johannes 15 (wijnstok en de ranken): 

 

“want God is het, die om zijn welbehagen zowel het willen als het werken in u werkt.”

Filippenzen 2:14

Genk, confirmatie, 18 05 2008

 

gemeente,

Wat heeft S... nou juist gedaan ? haar vormsel ? haar confirmatie? of haar belijdenis?

Dat is eigenlijk iets heel eigenaardigs. Daar stond ze dan en antwoordde op de vragen, die ik stelde. De vragen lijken een beetje op die van de doop, maar de doop is het niet. Het lijkt veel op het vormsel dat in deze dagen nog royaal (?) wordt uitgedeeld bij onze roomskatholieke zusters en broeders. En die gelijkenis is niet toevallig. Het is ervan afgeleid. Vormsel, of 'gevormd worden' is een bekrachtiging van de doop, een “konfirmatie”: Konfirmation. bezegeling van de doop, die vanoudsheid toegang verleent tot de tafel des HEREN....

 

In de hervormde protestantse traditie was sis er de 'belijdenis van het geloof'. Die functioneerde ongeveer evenzo. Ook dat was confirmatie, een bekrachtiging, nl. van de doop. Dit verband wordt nadrukkelijk gelegd. In een kerk met kinderdoop moet dat wel. Je ouders hebben ooit als soort voorschot hun jawoord gegeven bij de doop en nu neem je het op je. Wij hebben het gezongen: “God heeft ons zijn woord gegeven, nog voor wij het konden vragen”.. Teken. Essentiele stand van zaken.

En nu nemen wij dat ja-woord voor onze rekening: Dat is: wij voor ons part beloven dat dan ook hard te maken, te bevestigen met ons daadwerkelijk leven. Want dat je hier voor in de kerk je geloof belijdt is het èigenlijke niet, het eigenlijke is het belijdende leven... het leven, waarin Gods naam met woord en daad wordt beleden..

 

Toch gemeente is de verhouding tussen wat God doet en wat wij doen iets ingewikkelder. Toen Petrus in het evangelie zijn 'belijdenis' deed omtrent het Messias-zijn van Jezus, toen repliceerde Jezus prompt met te zeggen: Zalig zijt gij, dat is dus: gefeliciteerd met deze belijdenis, maar dan volgt daarop prompt: zalig zijt gij, want vlees en bloed hebben u dit niet geopenbaard, d.w.z.: Deze belijdenis komt niet uit jezelf op, tot deze belijdenis ben jij van nature niet instaat, maar mijn Vader die in de hemelen is heeft u deze woorden in de mond gegeven. (Mt 16:17).

 

Vreemd: Petrus had de goede belijdenis gesproken, wordt er ook mee gefeliciteerd, maar hij heeft het toch weer niet zelf gedaan. Het kwam niet uit hemzelf, het was hem van God gegeven, Jezus als de Messias te herkennen en erkennen en de goede belijdenis te spreken...

Met andere woorden: Het is niet zo, dat God in de doop het zijne heeft gedaan en wij door als belijdende christenen te leven het onze daartegenover stellen, en ons partje doen, neen God moeten we meer toeschrijven en onszelf minder.

 

De konfirmatie de bekrachtiging van de doop is ook een daad van God. De katholieken hebben dat in hun vormsel op zich goed gezien, doordat zij duidelijk stellen, dat het God is die door zijn Geest de gedoopten vormt, d.w.z. hun doop bekrachtigt en bezegelt... Het is niet voor niets een sacrament bij hen, sacramenten zijn handelingen niet van mensen, maar van Godswege...Een soortgelijke gedachtengang vinden we ook in onze tekst van vanmorgen. Filippenzen 2 vers 13. "God is het die om zijn welbehagen zowel het willen als het werken in u werkt"

 

Het eigenaardige van deze tekst is dat het lijkt alsof die in tegenstelling staat met het direct eraanvoorafgaande. De christenen in Filippi worden nl. eerst opgeroepen (vers 12) om hun behoudenis te bewerken en meteen er achter aan (vers 13) staat – als motivatie NB – een uitspraak die het wel lijkt te ontkrachten, nl. net het omgekeerde: God is het, die zowel het willen als het werken in u werkt.

Dus je krijgt als christenen de opdracht om je behoud, je redding, je zaligheid of hoe je het ook noemt te bewerken, dat is te bewerkstelligen, voor mekaar te krijgen... En vreemd genoeg wordt dat beargumenteerd met de opmerking dat God het is die dat bewerkt, ja niet alleen maar bewerkt, maar zelfs ook bewerkt dat je het überhaupt wìl.

 

Hoe kan dat nou, ben je geneigd te vragen. Paulus hoe zit dat? Ben je aan het doorslaan, ben je de controle een beetje kwijt over je gedachten...? Nou nee, dat lijkt ons onwaarschijnlijk. Paulus weet meestal heel goed wat hij zegt, schrijft. Hier ook. Hij schrijft zo af en toe wel eens een taalfout, grammaticaal, dat-ie struikelt over z'n woorden, maar on-zin verkondigt hij nooit.

Dus dan doen we er beter aan, zoals altijd wanneer we iets zogauw niet snappen in de bijbel, om dat maar aan ons wazig en gebrekkig begrip te wijten èn dan vervolgens eens wat beter te bezien wat er nou eigenlijk staat. Dat wou ik vanmorgen ook maar doen, en dan zien we wil hoever we komen.

 

Ik ontdekte hierbij dat het misschien nuttig is om u de oorspronkelijke tekst eens te laten horen. Dan horen we nl. een ons bekend woord. Als er in het nederlands staat in vers 13, God is het die werkt, letterlijk vertaald: God is de werkende in u, dan staat er in het Grieks... God is de 'energoon', de energieke in u...

 

Het kernwoord is dus energie en dat roept bij mij meteen het beeld op van een krachtcentrale waar elektriciteit wordt opgewekt, een powerplant, energiebron. Dat wij door op een knop te drukken licht kunnen maken, moeten we eigenlijk niet op ons conto schrijven. Daar hebben wij eigenlijk bitter weinig voor gedaan. We hebben een lamp gekocht, door anderen gefabriceerd, we hebben een huis betrokken, waar leidingen zijn gelegd, die de stroom geleiden vanuit de krachtcentrale en we hebben het spul aangesloten, zodat hèt werkt.

 

Elk beeld loopt natuurlijk mank, maar het is denk ik wel duidelijk. God is de werkende, de energiebron, die òns in beweging zet, zonder wie wij totaal niet zouden 'bougeren', zonder wie we zelfs niet zouden wensen te 'bougeren'.

Daarom gemeente, heb ik Johannes 15 erbij gelezen. Daar staat datzelfde beeld van de energie, in dit geval de plantaardige energie, de levenssappen van een plant, een wijnstok.

 

Door die energie dragen de ranken vrucht. Wie doet dat nou, vrucht voortbrengen. Daar kun je over twisten: de wijnstok, de ranken, de sappen, de zon? zeg het maar. Ze doen het natuurlijk allemaal... maar uiteindelijk moet je zeggen: Het is de wijnstok zelf. Een tak zonder wijnstok is niks, een wijnstok zonder tak, daar is in principe niets mis mee.

 

Zo is de verhouding dan ook tussen God en zijn mensen. Het is de verhouding tussen de energiebron en de mensen die daardoor in worden in beweging gezet. Het is de verhouding tussen de ware wijnstok en de ranken. Het is de verhouding tussen de levensbron en die daaruit putten. M.a.w. Het is een totale afhankelijkheidsrelatie… God is de gever van het leven, al wat wij hebben hebben we gekregen. Wij zijn onze eigen schepper niet…. maar die afhankelijkheid is niet zo dat we dan moeten zeggen: Oh, als God dan toch alles doet, en wij niets kunnen zonder Hem... dan heeft het geen zin, dat wij ons inspannen, iets ondernemen of wat dan ook.

 

Dat is precies fout, zelfs een ketterij.

Als God ons het leven geeft, dan is het toch onzin om te zeggen, okay, dan eet ik wel niet, dan drink ik wel niet, dan werk ik wel niet... dan doe ik wel niets: Neen als God het leven ons geeft en het ons dag aan dag opnieuw geeft, dan nemen we dat toch aan.. actief.. door dan ook te léven, dan bevestigen, confirmeren we de goddelijke gave door hem zijn werk te laten doen, dwz te léven…. voluit..

En zo ook betreffende onze herschepping, onze redding, behoudenis. Ook daar geldt: Als wij geloven enbelijden dat God ons het nieuwe eeuwig leven door Jezus Christus nu reeds geeft, dan blijven we toch ook niet slap en levenloos neerzitten, in absolute pasiviteit.... Neen ook dan geldt: Neem dan Gods gechenk aan, actief en lééf voluit in het nieuwe leven, wandel en handel in en van uit die levensbron.

 

Gemeente, als God ons iets geeft, dan worden wij daardoor niet uit-geschakeld, maar juist in-geschakeld. God macht is empowerment… geen belemmering. God stelt ons instaat om tot ontlpooiing te komen. God schept mogelijkheden: aan ons om die goed te benutten.

God en mens zijn geen concurrenten, zodat als God iets doet wij niets, en als wij iets doen, God niets meer doen kan... Neen: Als God werkt, dan worden wij aan het werk gezet, Als God iets plant, dan schakelt hij ons in.

Daarom kunnen die twee dingen rustig achter elkaar staan: bewerkt uwzelfs behoudenis.. want God is het die werkt, beide het willen en het werken.

 

Om het terug te betrekken op de confirmatie van S... deze morgen.

Confirmatie is eerst een passivum: geconfirmeerd worden … God bevestigt je bestaan. “Je mag er zijn”. En bevestig dat dan ook, confirmeer dat: “Wees er dan ook, zó.”

Amen

 

 

-           aanvangslied: gezang 380: 1, 2, 3

-           stil gebed / votum & groet

-           lied: gezang 380: 4 en 5

-           gebed om ontferming

-           glorialied: gezang 457: 1 en 3

 

De konfirmatie

-           inleiding

-           zingen: gezang 341 : 1

-           beantwoording van de vragen

-           zegen

-           aansluitend op de zegen staan wij allen recht en zingen:

            gezang 341: 2 en 3

 

De dienst van het Woord

-           gebed bij de opening van het Woord

-           lezing Johannes 15 / Filippenzen 2

-           Gezang 78: 1 en 2

-           preek

-           gezang 78: 3 en 4

 

DWARSLIGGEN, een niet gevonden gedicht

 

Op rails alleen kan een trein niet rijden.
Zo heette het gedicht,

Tenminste: ’k weet zeker dat het zo begon

Er kwam ook een station in voor,

maar dat was pas helemaal op het einde.

 

Op rails alleen kan een trein niet rijden,

dwarsliggers zijn ook nodig !

Dat was de moraal.

Maar de tekst was ik kwijt..

 

Dus ging ik op zoek en surfend op het net

kwam ik Sint Maarten en ook Luther tegen.

Maar ook Gandhi, bisschop Romero en Martin Luther King

ze wilden van geen wijken weten;

Dwaze moeders en dolle mina’s

kruisten telkens weer mijn weg.

 

 ‘k Volgde ‘t spoor nog verder terug,

Toen zag ik in het ochtendlicht

de man van Nazareth.

‘k herkende zijn gezicht:

Hij is ’t die bij elke statie

mijn weg kruist en vol gratie

dwars ligt.