Pasqua
Italiana
concert
in de vorm van een zestiende eeuwse Paasmis
le
texte en français, cliquez ici
Door
een selectie van instrumentale en vocale muziek
van o.m. Gabrieli,
Lassus & Palestrina wordt de luisteraar
meegenomen naar het Italië van de 16de
eeuw en herbeleeft hoe de klassieke liturgie van
Pasen de tijd zodanig ritmeert dat het wel lijkt
of er eeuwigheid in de lucht hangt.
Marco
Antonio Cavazzoni da Bologna (ca. 1490 – ca. 1570)
Recercare primo
Introitus:
Giovanni Pierluigi da Palestrina (15251594)
Ricercare primo
Haec dies quam fecit a
4
Ricercare secondo
Kyrie
& gloria: Orlando di Lasso, Missa Paschalis
(1576)
Graduale
: Giovanni Pierluigi da Palestrina:
Ricercare terzo
Evangelium
Piet Van Steenbergen : Et ecce
terrae motus
Willem Ceuleers/Jetty Janssen : Non est
hic, surrexit
Willem Ceuleers: Una autem sabbati (a
14)
Credo:
Giovanni Pierluigi da Palestrina
Ricercare quinto
Offertorium:
Claudio Merulo (1533 1640 )
Toccata prima del primo tono
Haec est dies
a 8
Sanctus
& Agnus Dei: Orlando di Lasso, Missa
Paschalis (1576)
Communio:
Giovanni Pierluigi da Palestrina: Ricercare sesto
Andrea Gabrieli (ca. 1510 – 1586): O
sacrum convivium
Post
Communio: Giovanni Pierluigi da Palestrina
Ricercare settimo
Pro finis:
Andrea Gabrieli
Toccata sexti toni
De filosofie
van dit concert...
de
christelijke gods-dienst
De christelijke kerk staat vanaf het begin gespannen
tussen twee polen: de Joodse traditie, waaruit zij
afkomstig is en waar de godsdienst vooral een
levenswandel is; en de Grieks traditie, waarin zij is
groot geworden en waar religie vooral te maken heeft
met het mysterie van leven en dood, of meer
filosofisch: het “zijn”. De eerste traditie zal de
ware gods-dienst definiëren als concrete dienst aan de
naaste, de tweede zal het sacraal karakter van de
godsdienstoefening benadrukken. Richt de eerste stroom
zich vooral op de leer en de levenswijze van de Joodse
rabbi Jezus, de tweede zal niet uitgemediteerd raken
over het mysterie van het lijden, sterven en verrijzen
van de Christus. Vaak worden ze tegen elkaar
uitgespeeld, hoewel ze complementair zijn. De zwakte
van de een is de sterkte van de ander.
... in de vorm van een Paasmis
Het is duidelijk dat met name de sacrale vertolking
van de Christusboodschap z’n stempel heeft gedrukt op
de kerkelijke liturgie: zowel de latijnse mis als de
Orthodoxe liturgie (de “goddelijke liturgie”) getuigen
hiervan, alsmede hun cultuurscheppend vermogen. Als
wij dus vandaag een concert meemaken in de vorm van
een 16de eeuwse Italiaanse Paasmis, dan bevinden wij
ons – liturgisch gezien – helemaal aan de sacrale kant
van het christendom. Dit aspect wordt nog eens
versterkt omdat we van die liturgie enkel de muziek
hebben weerhouden. Muziek is nooit een ‘plaatje bij
een praatje’, maar zoekt het wezen der dingen uit te
drukken. Dit geldt exponentieel als het over
kerkmuziek gaat.
muziek kan openbarend werken
Laten we for the sake of the argument even meegaan met
de laatromantische muziekopvatting in de lijn van
Arthur Schopenhauer. Dan is muziek niet een instrument
om iets uit te drukken dat tot deze wereld behoort
(gevoel, sentiment, geloof, verhaal) maar dan is
muziek epifanisch, dat wil zeggen: een “verschijning
van het wezen van de wereld” op een “aesthetische”
wijze (easthesis = zintuiglijke waarneming). Het wezen
van de kunst en de essentie van het leven vallen wel
niet samen, maar raken elkaar op een punt dat
onttrokken is aan onze analyserende blik, maar dat –
wonderlijk maar waar – waarneembaar is voor onze
zintuigen via de kunst. Of: “Kunst vertelt ons niets
over het leven, maar zij vertelt ons iets over het
Leven, waarvan ook het leven ons iets vertelt.” (G.
van der Leeuw).
De werking van de muziek
Bijzonder aan muziek is dat zij haar werking niet
verliest, als het symbolisch universum waaraan zij
ontsprongen is betekenisloss is geworden. Muziek werkt
nog altijd, zelfs als de luisteraar het contact met de
bron waaruit zij ontsprongen is, is kwijtgeraakt. Zo
werkt goede kerkmuziek nog steeds verwijzend, ook als
de luisteraar zich niet meer verbonden voelt met de
expliciete filosofie, godsdienst of heilige tekst
waarop de muziek is gebaseerd. Een goede recreatie van
kerkmuziek zal altijd een epifanisch moment kunnen
bevatten
Luistertip
Vanuit deze filosofie dompelen wij ons vandaag onder
in de wereld van een 16de eeuwse Italiaan die op Pasen
naar de hoofdkerk van zijn stad gaat om daar het
mysterie van het geloof te vieren. Voor hem vormde
idealiter de teksten, klanken, gebaren, geuren en
visuele impressies één geheel. Het mysterie van
Christus’ kruis en opstanding, de eeuwige mythe van
ondergang en verrijzenis, het afgrondelijke geheim van
dood en leven, tijd en eeuwigheid: In de liturgie is
het er, reëel, met als summum de eucharistieviering
zelf:
O sacrum convivium
|