Jesus Christus, unser Heiland
Luthers bewerking ('Besserung') van een Tsjechisch avondmaalslied voor
toegeschreven aan Johannes Hus
NB:
niet te verwarren met het Paaslied van Luther dat dezelfde
aanvangswoorden heeft (Liedboek, gezang 204)
zie daarover het opstel van
Wim Kloppenburg
1 Jezus Christus, onze Heiland,
die weerstond de oude vijand,
die op dood en leven streed
en voor ons, voor zijn vrienden leed, --
2 opdat wij dit niet vergeten,
geeft Hij zich als brood te eten
en Hij schenkt zijn bloed als wijn,
schenkt het ons, die zijn vrienden
zijn.
3 O wij mogen vast geloven,
dat die spijze van hierboven
kracht geeft wie gevangen zijn
in hun zonden, in angst en pijn.
4 Die berouw hebt van het kwade,
proeft en smaakt nu Gods genade;
maar gij die van schuld niet weet,
hoedt u, dat ge u geen oordeel
eet.
5 Jezus zelf sprak: '
Komt, gij armen,
Ik zal
me over u erbarmen;
wie gezond zijn hebben Mij
niet van node, Ik ga
hen voorbij.'
6 Hebben wij zijn roep vernomen,
laat ons dan
vertrouwend komen
tot des Heren Avondmaal;
bij Hem vinden we een
goed onthaal.
7 En verkwikt gaan wij ten laatste
huiswaarts en
aan onze naasten
tonen wij ons welgezind,
omdat Hij ons zozeer
bemint.
Martin Luther (1483-1546)
Vertaling Ad den Besten
(1923-2015)
bron:
Een plaats ontzegd. 64 liederen uit het concept van de gezangencommissie,
1983