Home  | Preeklijst

De uitzending van de tweeënzeventig (of toch zeventig? )

- [St. Norbertus, 7-7-2019]

Lukas 10:1-20 [lezing: 1-12;17-20]

Vooraf een bekentenis

Als ik vandaag in een protestantse kerk zou hebben gepreekt: zelfde leesrooster. Maar dan zou ik wat gesmokkeld hebben. Dan had ik gelezen tot vers 9 en het laatste stuk weggelaten. Dat stukje over ‘de demonen onderwerpen’ en over ‘de satan die als een bliksemschicht uit de hemel valt’.
Waarom? Het is zo duidelijk een ander wereldbeeld. Zo zit mijn wereld niet in elkaar.
Plus: ik stel me altijd voor dat er iemand toevallig in de kerk verzeild is geraakt die zich nog nooit echt in de christelijke leer heeft verdiept. En die krijgt dan dat te horen (en hier in de kerk nog wel met een acclamatie er bovenop: heilige tekst). Die zou hierdoor volgens mij op het verkeerde been worden gezet, alsof dat het christelijke wereldbeeld is. quod non. Maar goed: het stond wel in het Evangelieboek… dus. Anderzijds: ook de rooms-katholieke ‘perikoop-commissie’ heeft gesmokkeld: Men heeft hier ook een heel stuk weggelaten (12-16), waarin Jezus (volgens Lukas) nog eens goed retorisch tekeergaat tegen de steden die de boodschap niet aannemen. Ook geen aangenaam stuk.

Misschien toch eens tijd ons af te vragen of we dat wel zo moeten blijven doen in de kerk: voorlezen van losse bijbelfragmenten.

Goed dat gezegd zijnde: we kunnen er toch wel wat van leren.

Jezus zendt hier - een soort generale repetitie voor later? - zijn leerlingen erop uit.
Geen 12 discipelen/apostelen, maar 72

Of toch 70? Het hangt ervan af welk oud handschrift je de voorkeur geeft. Beide lezingen hebben sterke papieren. Stel dat het een symbolisch getal is, dan komt vooral 70 in aanmerking: Mozes heeft 70 'oudsten' als helpers (Numeri 11). En het is ook relevant in het kader van de wereldwijde missie, want in Genesis 10 worden 70 namen genoemd voor de 'volkeren' der aarde. Plus: het getal 70 is een klassieker = aanduiding van volheid (7x10). Echter: in de oudste Griekse handschriften van Lukas staat 72, maar niet in allemaal. De latere handschriften (bijv. de codex Sinaïticus) hebben 70. Die zijn numeriek veruit in de meerderheid, maar dat zegt niets. Het zijn ook ook de handschriften die 'kerkelijk normaliseren', d.w.z.: ongerijmdheden stilzwijgend aanpassen. Ik houd het op 72. Redenering: 72 veranderen in 70 ligt voor de hand (aanpassing aan Genesis + symbolische waarde), andersom zou ik geen echte reden kunnen verzinnen. 72 is overigens ook niet zonder symboliek: het is de helft van 144 (12x12). Betrokken op de 12 stammen Israëls komt de idee voor van "6 uit elke stam". Vandaar dat de meeste moderne edities/vertalingen de beide opties vermelden.
Bijkomend weetje 1. in de GRIEKS-sprekende wereld (orthodoxe kerk) houdt men vast aan de (geharmoniseerde) edities. Zij weten zelfs niet dat er oude varianten bestaan met getal 72. Zij lezen dus gewoon
: Μετὰ δὲ ταῦτα ἀνέδειξεν ὁ Κύριος καὶ ἑτέρους ἑβδομήκοντα, καὶ ἀπέστειλεν αὐτοὺς... , terwijl in 'onze bijbeleditie'te lezen valt: ἑβδομήκοντα δύο of op z'n minst met de 2 tussen haakjes:  ἑβδομήκοντα [δύο]. Maar dit allemaal terzijde. Bijkomend weetje 2: In de Griekse vertaling van Genesis (de Septuaginta) staan er 2 namen meer, waarschijnlijk gebaseerd op een overschrijffout (verdubbeling), maar dat levert toevallig wel 72 namen op.

En ze moeten gaan in koppels: 2 aan 2. ‘weet u meteen waarom de Jehovagetuigen altijd met 2 zijn’ En ze mogen niets meenemen:
- geen beurs, d.w.z. geen geld voor onderweg
- geen reiszak, d.w.z. geen teerkost of broodzak, laat staan een ‘survival kit’...
- geen sandalen,
Weet u meteen waar de ‘bedelorden’ hun mosterd vandaan hebben gehaald. En ook waarom er ‘ongeschoeide versies’ van sommige ordes bestaan. Overigens is dat niet zo bedoeld: Eerder: geen reservesandalen.

Maar dit allemaal terzijde: Waar het om gaat is dit:
1. Jezus vindt dat zijn volgelingen geen maatregelen mogen nemen om minder kwetsbaar te zijn dan ze zijn.

Ze moeten durven zijn als ‘lammeren temidden van de wolven’. (ook als je weet dat er wolven zijn)
Weerloos, bezitloos, overgeleverd aan het welgevallen (genade) van de mensen die ze onderweg ontmoeten... Zó moeten zij de wijde wereld in gaan. Weerloos…. maar tegelijk is dat heel sterk !

Bewust gekozen armoe is een vorm van kritiek op wat voor rijkdom doorgaat.
Een weloverwogen kwetsbare opstelling ontmaskert veel machtsvertoon als bruut geweld.
Iets wat niet alleen Jezus en sommige van zijn volgelingen in de geschiedenis, maar ook mensen als Gandhi en Martin Luther King hebben beseft èn duidelijk gemaakt.

Dit te lezen, maakt mij overigens wel bescheiden. Zó leef ìk niet. Ik heb al die dingen wel (eten, drinken, woning, kleding) Deze radicale vorm van discipel-zijn gaat mijn pet te boven. Dus zal ik hierover verder m’n mond maar houden. Alles wat ik (vanuit mijn relatief welstellende maatschappelijke positie) tot u zeg, klinkt immers al gauw vals.

Waar ik nog wel op wil wijzen: De leerlingen worden door Jezus naar welbepaalde steden en plaatsen gestuurd. En als ze daar aankomen, dan moeten ze bij elk huis dat ze binnentreden… niet beginnen met een heel verhaal af te steken over God of over het geloof, of dat het einde van de wereld nabij is: neen…

2. Ze hebben maar één boodschap: Vrede zij dezen huize...

Dat is wat zij moeten zeggen, eender welk huis zij binnentreden: vrede zij dezen huize… Sjaloom.

Vervolgens kan men die vrede weigeren. Inderdaad. En dan is de discipel meteen weer weg (en de vrede die hij meebracht... met hem): Maar de verwachte, gewenste en verhoopte gang is niet die van een weigering, maar van een ‘welkom’ aan de vrede. Een prachtige term wordt daarvoor gebruikt in vers 6 (vredelievend in onze vertaling): En indien daar een zoon des vredes is , d.w.z.: iemand die zelf ook innig vertrouwd is met die vrede, en die de vredebrenger begroet alsof het familie van hem is, die verwantschap voelt.

En die dus zijn huis openstelt en de boodschapper binnenlaat. Welnu, wat moet dan de apostel doen?  Moet hij dan zeggen: na een korte babbel: Okay missie volbracht, volgende deurbel. Neen: Niks daarvan: Heel concreet vers 7:

Blijft in dat huis, eet en drinkt wat men u geeft… en gaat niet van het ene naar het andere huis...

U hoort het: de Jehova-getuigen hebben hier hun bijbel toch niet helemaal goed gelezen… Deur-aan-deur missionering wordt hier verboden. Het gaat er niet om zo snel mogelijk zoveel mogelijk ‘zieltjes’ winnen. Het gaat niet om getallen, kwantiteit, maar kwaliteit.

Na de wederzijdse (h)erkenning dat men in vrede komt, moet de evangelist … blijven… Hij moet eten en drinken met wie ontvankelijk is voor de vredegroet. Geen gepraat, gediscussieer, uitleggen, maar ontmoeting. Ik wil nog wel een stap verder gaan: Door het samen eten en drinken wordt dat blijven tot een verblijven: Er wordt gedeeld, het leven wordt gedeeld zo zoals het is.

Iemand die namens Jezus het evangelie brengt… neemt dus tijd voor de mensen, wil hun leven delen (communio), wil blijven bij de mensen, die hij ontmoet, vormt een ‘gemeenschap’ met degenen die hen toelaten in hun leven.

Het is duidelijk:

Het christendom dat Christus wilde verspreiden op aarde onder alle volken (72 volken, 72 ‘apostelen’) is in de kern geen leer, maar een manier van leven; geen dogma, maar een ethos, een levensstijl, waarbij ‘vrede’ gedeeld wordt.

Een leven dat dus niet gericht is op uiterlijk vertoon, maar in alle eenvoud uit de vrede put: Sjaloom. Dat is meer dan ‘afwezigheid van strijd’. Vrede (sjaloom) heeft in het bijbels ABC met heel-heid te maken, Dat is de toestand waarin alle dingen tot hun recht komen. Dat alles in het leven z’n plaats krijgt, ook de moeilijke delen ervan…

En dat kan, omdat het leven met elkaar wordt gedeeld… ècht.

Zalig zijn de ‘vrede-brengers’, want zij zullen kinderen Gods genaamd worden. Amen.