REDEVOERING bij het feestconcert
ter ere van 30 jaar Antwerpse Raad van Kerken.
15 juni 2003 St. Walburgiskerk.
I: Van het
oecumenische front eeuwenlang geen nieuws
De ‘Mechelse Catechismus’… velen
van u zijn er groot mee geworden. In vragen en antwoorden werd exact uitgelegd
en aangeleerd wat de ‘christelijke’ leer was. Helder en klaar, en niet mals voor
‘schismatieken en ketters’, die zeker verloren gaan [dat waren o.a. de
protestanten, dat begrijpt u wel]: een echte rooms-katholieke catechismus
Welnu: protestantsen hadden ook
zo’n leerboek. Zelfde stijl, wat beknopter ‘de Heidelbergse Catechismus’ (stamde
al uit de 16de
eeuw), en niet mals natuurlijk voor roomskatholieken, paaps worden die
trouwens genoemd, omdat de gehoorzaamheid aan het zichtbaar hoofd der H. Kerk,
de paus van Rome één van de makkelijke onderscheidingskenmerken was.
Wat wisten we de dingen toen
allemaal zeker, en zo precies… ongelooflijk.
Ondanks alle verschillen hebben
beide boeken dit gemeen dat er nergens ook maar een spoor van twijfel te
bekennen is. Alles is helder, en klaar en klopt… En alles is zwart – wit ..
d.w.z. wit bij ons, zwart bij de ander en vice versa…
En inderdaad : goed zwart…
Ik gaf al een voorbeeld uit de
Mechelse Catechismus, ook nog één uit de protestantse Catechismus dan… Als het
onderscheid tussen het Heilig Avondmaal en de ‘PAAPSE MIS’ wordt besproken [nog
steeds een gevoelig punt… gezien de laatste Oecumenische Kirchentag] volgt aan
het eind de korte opmerking, dat vanwege de aansporing om ‘Christus ook in de
hostie te aanbidden (want hij is daarin lijfelijk aanwezig) de paapse Mis
dus ten diepste niet anders is dan ene vervloekte afgoderij…
Voilà, die zit… de schismatieken
en ketters en vervloekte afgoderij…
Nu, ik wil mij niet uitspreken over
de theologische grond van de zaak, maar het is wel duidelijk dat hier over en
weer wordt ‘geëxcommuniceerd’… de communio en de communicatie wordt verbroken…
En dat is niet goed.
1. Laten wij met elkaar afspreken
dat wij – hoezeer wij ook van mening verschillen – wij zulke dingen niet meer
over anderen zeggen zonder de ander persoonlijk te kennen… want
2. los van de ontmoeting leidt
zulke taal tot vijandsdenken en vijandsdenken leidt onherroepelijk
tot oorlog. ‘Die Gedanken sind frei, maar niet onschuldig’.
Laten wij niet vergeten: Bijna een
eeuw lang heeft er in West-Europa een oorlog gewoed met sterk
godsdienstige inslag langs de breuklijn: protestant-katholiek. Pas toen de
militaire strategen aan beide kanten een patstelling moesten vaststellen heeft
men – morrend – de wapens neergelegd.
De bevolking van de Duitse landen
(30-jarige oorlog) was toen bijna gehalveerd en in onze gewesten was na
veel bloedvergieten de scheiding der Nederlanden een feit. Trouwens in Frankrijk
ging het nog een kleine eeuw door…
En nòg waren veel protestantse
predikanten en roomse geestelijken daar niet gelukkig mee èn hadden liever
voortgevochten op leven en dood..
Vechten doet de mens blijkbaar
graag en als hij eens begonnen is, kan hij bijna niet meer stoppen, zeker als
hij dan ook nog meent te strijden voor ‘de goede zaak’, dan helemaal niet meer.
En als die ‘goede zaak’ volgens zijn leerboek dan ook nog ‘Gods zaak’ is, is hij
niet te stuiten.
4 van de 5 componisten die wij
vandaag horen zijn geboren in de laatste fase van deze groote oorlog (bij ons de
80-jarige, in Duitsland de 30-jarige), waarbij godsdienstige overtuiging als
brandstof diende om soldaten aan te sporen…
Met de vrede van Munster 1648
(Westfaalse vrede) was het gedaan. Europa kon beginnen te wennen aan het feit
dat mensen niet allemaal dezelfde religieuze overtuiging hoeven te hebben om
samen te kunnen leven. Hoe lang duurde dat ?
Na 80 jaar oorlog, duurt dat 2, 3
eeuwen… Het zaad van de haat… is zeer kiemkrachtig en vindt in vergoten bloed
een verschrikkelijk langwerkende meststof.
2 eeuwen om er op papier van
af te raken: Nadat de storm van de Verlichting èn die van Napoleon over Europa
is gegaan… is het tij defintief gekeerd en de secularisatie ingezet. Bij haar
ontstaan kreeg België zelfs een religieus neutrale grondwet…
Twee eeuwen zei ik. En inderdaad:
in 1839 werd de ‘synode van de Protestantse Evangelische kerken’ officieel
erkend in Belgie… maar dat was op papier.
Mentaliteiten veranderen zo traag
dat je het haast niet ziet. Daar is nog eens een eeuw voor nodig. Tot ver in de
20ste eeuw bleef de ‘geestelijke oorlog’ woeden, zichtbaar, voelbaar.
Kijk maar eens naar
de kerkhoven: buiten de muren van menig oud kerkhof (soms later binnen de
muren getrokken) bevindt zich vaak een perceel voorbehouden voor personen die
‘buiten de gemeenschap met de alleenzaligmakende kerk gestorven waren’: meestal
Joden, Protestanten of vrij-zinnigen: In de volksmond werd zo’n stuk ook wel
eens het geuzenkerkhof genoemd. Het bevond zich vaak trouwens vaak in het
verlengde van wat diezelfde volksmond de hondenhoek (trou des chiens)
noemde, het perceel waar mensen werden begraven die zeker ‘verdoemd’ waren omdat
zij evident gestorven waren in staat der zonde: zelfmoordenaars
bijv. Samen heten deze percelen het verdomhoekje.
vervloekte
afgoderij + verdomhoekje !
Uit dat hoekje
moest de oecumenische geest dus proberen vaardig te worden over de mensen… Niet
gering.
Afin, genoeg hierover, of beter: al
te veel: want – godzijdank – Dit is verleden tijd. En hopelijk komt ze nooit
weer. Ook niet met andere etiketten.
Want: nogmaals: los
van de ‘waarheidsvraag’: zó ga je als mensen niet meer met elkaar om !
Als christenen al helemaal niet,
zou je zeggen, maar – dat realiseer ik me – dat is een redelijk recente
gedachte…
Daarom vieren wij vandaag feest: 30
jaar oecumene in Antwerpen ! Prachtig…
Maar 100-en jaren ruzie hebben hun
sporen nagelaten tot op de huidige dag.. En dat moeten we niet wegpoetsen, want
wie z’n eigen verleden niet erkent en de verantwoordelijkheid daarvoor op zich
neemt, is gedoemd de fouten van zijn verleden te herhalen.
Daarom om te beginnen een
lamentatie om die velen een stem te geven die tussen onze religies bekneld
zijn geraakt… En om te voorkomen dat het bij lamentaties blijft een stevige
muzikale boetedoening en
schuldbelijdenis daarna…
1. Lamentatio
(Rosenmüller)
2. Lamento –
boetegebed (JCBach)
II: een nieuwe morgen een nieuw
begin
U hebt het al door – denk ik
– het concert volgt de loop van het liturgisch jaar. Dit was uit de boetetijd,
maar ‘waarachtige boetedoening’ is niet destructief, maar leidt tot
wederopstan-ding: in de volgende twee muziekstukken worden dan ook ‘gans andere
tonen’ aangeslagen… De paasklokken gaan luiden. De zon gaat op !
Alhoewel: toegepast op de
oecumenische gedachte heeft de zon het wel heel moeilijk gehad om de
ochtendnevelen te doen opklaren.
In Europa waren de dominante kerken
immers door een repressief en indoctrinerend beleid min of meer keurig per land
of regio verdeeld, soms met onderdrukte strijdbare/ of stille / minoriteiten.
Altijd langs elkaar heen levend.
Men had weinig ‘boodschap’ aan
elkaar, men was vol van zichzelve…
Trouwens: De protestanten hadden
het veel te druk met allerlei onderlinge ruzies en scheuringen om aan de Romana
nog enige serieuze aandacht te schenken. Daar waren ze gewoon ‘tegen’.
En de Romana hier in België zag de
protestantse gemeenschappen nog steeds als schismatieken, secten, ketters… als
ze ze al zagen… een lastige luis in de pels.
Toch was er al sinds het begin van
de vorige eeuw een krachtige tegenbeweging op gang gekomen tegen de
zelfgenoegzaamheid van de verschillende kerken.
Zendelingen in den vreemde kregen
het het eerst in de gaten: geconfronteerd met het echt andere, zagen de
onderinge verschillen er plots belachelijk onbelangrijk uit. Zij krgen steun van
de studenten die via hun internationale beweging (YMCA en YWCA) eveneens
tot de conclusie waren gekomen dat ‘er iets niet klopte’….
Na verschillende mislukte pogingen
(parallel trouwens aan de pogingen om een internationale volkenbond op te
richten) richtte een brede waaier van allerlei kerken in 1948 de
Wereldraad van Kerken op.. De oorsters orthodoxe kerken sloten zich in de
jaren 60 aan. De roomse kerk hield en houdt zich nog afzijdig, maar heeft wel
permanente ‘waarnemers’.
Maar ook zij kon niet weerstaan aan
de kracht van het zonlicht tijdens het grote concilie te Rome in de jaren 60
verschijnen teksten, waarin plotseling positieve aandacht is voor
‘andere kerken’ en ‘kerkelijke gemeenschappen’. Hoort u het:
Niet meer ‘schismatieken en ketters’: maar andere kerkelijke gemeenschappen…
Niet meer in het verdomhoekje, maar
samen in de bidkapel.
Overal ter wereld ontstaan nu
landelijke en plaatselijke ‘raden van kerken’, waarvan ook de roomse kerk lid
wordt als één van de… Ja, het blijft slikken… maar toch…
Antwerpen heeft de primeur van
België in het begin van de jaren ’70. Logisch.
Het kosmopolitische karakter van de
stad deed bijna alle kerken ook hier aanwezig zijn. Het waren vooral de
zeemanskerken die het voortouw namen: In de haven werd al samen gewerkt vanuit
het zeemanshuis. Ook de diocesane commissie die zich bezig hield met praktische
& pastorale zaken als dooperkenning en gemengde huwelijken (reële problemen
waren dat !) werd rond die tijd vernieuwd en begon nauw samen te werken met
enkele protestantse waarnemers.
Samen bereiden zij de gebedsweek
voor de eenheid voor in januari en deze samenwerking werd een sterke stimulans
om door te gaan.
Resultaat: In het najaar van 1972
werd de ‘Antwerpse Raad van Kerken’ boven de doopvont gehouden. Alhoewel 1 van
die kerken een mastodont is vergeleken met al de andere, toch is het op voet van
volkomen gelijkheid dat we elkaar in de A.R.K. ontmoeten.
In de begintijd stond vooral de
wederzijdse verkenning centraal, want er moesten zoveel vooroordelen
worden afgebroken, samen bidden (middagpauzediensten in de kathedraal),
kanselruil, en studiebijeenkomsten niet te vergeten.
Mijn eerste Antwerpse oecumenische
ervaring was trouwens zo’n studiebijeenkomst, hier om de hoek: de oec. werkgroep
van St. Walburgis: in het oec-kelderke.
Later ging ook de deur naar de
samenleving open en begon men meer gezamenlijk naar buiten te treden. Eén
van de hoogtepunten was wel het gezamenlijk programma van de ‘kerk in de stad’
tijdens het cultuurjaar Antwerpen ’93.
Was de eerste tijd er één van soms
wat schuchter en aftastend kennismaken, langzamerhand drong de oecumenische
geest dieper door en werd een vanzelfsprekende reflex… Degenen die die eerste
jaren hebben meegemaakt, ze vertellen er nog met enig heimwee over, want het was
waarlijk een historische tijd. Daar zijn bakens verzet, muren afgebroken… Aan
ons – na 30 jaar – is het zaak om goede erfgenaam te zijn èn erflater van deze
traditie.
Want na een mooi begin begin ben je
er nog niet…. neen, dan moet het eigenlijk nog beginnen. Dan moet er
voortgebouwd worden. Maar daarover straks meer.
Eerst vieren we in de muziek het
nieuwe begin: Pasen…
Straks zullen we het wel over
Pinksteren hebben.
3. Mein Herz ist
bereit (Buxtehude)
4. Heute ist
Christus auferstanden (Bernhard)
III: de eenheid breekt in vele
kleuren uiteen
Dit was de droom van de
enthousiaste pioniers: Na de aanvankelijke kennismaking, de afbouw van
vooroordelen zou men steeds verder naar elkaar toegroeien en dan zou het
komen tot eenheid. Had Jezus het niet gebeden: dat zij allen een zijn…
(spreuk op muur van St. Walburgis). Het was de eenheidsdroom…
Is dat gebeurd ? Ja, op sommige
punten wel. Samen bidden (gebedsweek, middagpauzedienst, Wereldgebedsdag en
allerhand andere vieringen), samen zingen (Antwerpen Zingt), samen studeren,
samen als christenen in de maatschappij staan en daar verantwoordelijkheid
nemen: (denk aan Kerk-asiel). Zeker.
Alléén: de structurele
eenwording lijkt in in onze dagen verder weg dan ooit.
structuren duren… t is
ongelooflijk. Instellingen blijven bestaan… En dat moeten ze ook: want daar zijn
ze voor, continuiteit te waarborgen, te zorgen dat niet de waan van de dag
overheerst…maar soms denk je wel eens ! Afin…
Daar komt nog wat bij: in onze
tamelijk chaotische tijden is er qua levensoriëntatie een tendens om zich na een
periode van openheid toch wat meer op zichzelf terug te plooien, de eigen
identiteit te zoeken en te bevestigen… t gaat ook minder goed met de kerk een
dan is de neiging groot om in elk geval voor jezelf nog de inboedel te redden…
Dat je misschien meer redt door uit handen te geven en met lege handen opnieuw
te beginnen, is een verheven gedachte, die praktisch niet verkoopbaar is.
En ’t is waar: voor je een ander
open tegemoet kunt treden, moet je natuurlijk wel zelf iemand zijn.
Dus is het ook legitiem, dat iedere kerkelijke traditie zijn eigen identiteit
koestert en zich terug herbront. In het eigene zit het bijzondere, de ziel. Ik
heb het wel vaker gezegd, en ik weet het: het is een stokpaardje van mij, maar
ik blijf het herhalen omdat ik dit cruciaal vind voor de toekomst van de
oecumene:
Leven is per definitie divers,
ja bestaat bij gratie van de diversiteit.
En de ware kunst van het leven
bestaat er in de ander te ontmoeten, niet als een doorslagje van jezelf (en die
dat ook nooit wordt, ook niet als je ’m beter leert kennen)
In de kerk en in de samenleving
zullen we moeten leren om om te gaan met mensen en geloven die ècht anders zijn…
en ook bij nadere kennismaking ‘anders’ blijven.
Logisch
dan ook dat vanuit de Oecumene er ook een werkgroep is opgericht voor
interreligieuze dialoog, WIDA, waaraan sinds kort ook de vrijzinnigen
(humanisten) deelnemen…
De
huidige paus heeft het mooi gezegd in de encycliek over de oecumene (1995):
ut unum sint. Zonder water in de roomskatholieke wijn te doen, heeft hij
daar radicaal zichzelf en alle christenen die iets met Rome hebben, dat er een
‘plicht tot oecumene’ is op alle nivo’s en dat in het bijzonder zijn directe
collega’s: de bisschoppen daarover moeten waken, dat dat ook gebeurt.
In de wereldwijde oecumenische
dialoog is de ‘terugkeer’ gedachte [ze moeten allemaal maar rooms worden, dan is
de ‘ene’ kerk weer een feit] vervangen door de ‘communio’ gedachte.
Ook als we het niet eens zijn, dan
kunnen we nog wel een gemeenschap van kerken vormen, elkaar ontmoeten en
ons aan elkaar verrijken of over elkaar verbazen, of ergeren… ook goed !
In de pauselijke encycliek ut
unum sint schrijft paus Johannes Paulus II na een stevige zelfbevestiging
(want zonder dat zou Rome ‘Rome’ niet zijn…): “Het is zelfs zo dat in andere
kerkelijke gemeenschappen bepaalde aspecten van het christelijk
geheim soms effectiever aan de dag treden.”, daarmee de lijn van Vaticanum II
voluit doortrekkend.
Decreet
oecumene Vat II:: “Het valt niet te verwonderen dat de een bepaalde
aspecten van een geopenbaard mysterie soms juister waarneemt en belicht dan de
ander”
En daarin is de paus oer-bijbels.
Immers ons bronboek leert ons dat de rijkdom van God zo groot is dat zij
nooit door een mens (of een traditie) kan worden omvat en dat de waarheid
van God zo diep gaat, dat zij slechts partieel door ons kan worden
begrepen. Godzijdank zijn gods wegen on-doorgrondelijk. Niemand heeft daarop
volkomen zicht.
dus: geen exclusivisme, maar
complementair denken in een stug volgehouden dialoog.
De ander niet waarderen ‘ondanks’ dat ie anders is, maar juist ‘omdat’ ie anders
is.
Zo’n houding ten opzichte van
elkaar zie ik in de komende eeuw wel vruchtdragen. Temeer omdat ik vermoed dat
wij zo in de christelijke traditie eindelijk beginnen te leren wat wij eigenlijk
van den beginne al hadden kunnen weten: nl. het bijbels-Joodse inzicht
dat ‘waarheid’ enkel in dialoog met de ‘ander’ gevonden kan worden en buiten die
dialoog (d.w.z. als theoretisch dogma) niet bestaat, ja zelfs tot leugen wordt…
De laatste twee muziekstukken
breken – qua tekst – de eenheidsdroom
open, niet stuk… zoals wit licht breekt in vele kleuren….
Geen totale (totalitaire) eenheid
zie ik voor mij in de 21 ste eeuw, maar wel een eenheid die beleefd wordt in
verscheidenheid, zo verscheiden als de mensen, zo veelkleurig als het leven
zelf… soms schuurt het dan, zeker, maar het is tenminste echt.
Het leven is ook zo complex en net
zo ondoorgrondelijk als God.
Zo heeft God het in zijn diepe
wijsheid beslist èn zo heeft hij het ons gegeven.
Daar kunnen wij alleen maar
dankbaar voor zijn, want zo heeft het eeuwigheidswaarde
5. de ondoorgrondelijke diepte
(en veelkleurigheid) van Gods wijsheid (Bernhard)
6. Der Herr hat
seinen Stuhl im Himmel... Gods wereldwijde lof (Bruhns)