O Sophia...
whispering words of wisdom,
Sapientia
Gewoon wat 'omtrekkende bewegingen', peilingen.
1. De wijsheid hoort bij God...
In een prachtig stuk uit het boek Spreuken wordt de wijsheid
gepersonifieerd
Ja, ze wordt zelfs pre-existent gedacht…
"Zij
was in den beginne bij God. En alles wat geworden is, heeft God in/met/door
haar geschapen…"
U hoort waar de evangelist Johannes de mosterd vandaan
heeft gehaald. En tegelijk hoort u de semantische revolutie van de
evangelist: niet 'sophia' - wijsheid, maar ' logos' - rede/woord wordt het
beginsel van alles.
Deze wijsheid, (Hebreeuws "Chokma") was
net niet Gods
kind (dat durft de schrijver niet te zeggen, de evangelist later wel, zij het
met vrees en beven). Wel is zij als eerst geschapene
zijn lieveling, zijn oogappel. Zij verheugt zich – zo schetst het
Spreukenboek, voor Gods aangezicht... ludens coram Deo...
zei het oude Kerklatijn: spelend
voor Gods aangezicht, ja dartelend in
heel de wijde wereld.. ludens in orbe terrarum:
blij met alle mensen,
zegen gevend, urbi et orbi…
Afin, laten we het haar zelf laten zeggen…
2. Spreuken
8: (12)23-31.
De HEER
heeft mij vóór al het andere verworven,
toen hij
zijn scheppingswerk begon, schiep hij eerst mij.
Ik ben in
het begin gemaakt, nog voor alles er was,
nog voor de
aarde vorm kreeg.
Toen er nog
geen oceanen waren, werd ik voortgebracht,
nog voor de
bronnen met hun waterstromen.
Toen de
bergen nog niet waren neergezet, werd ik voortgebracht,
nog voor er heuvels waren.
De aarde en
de velden had de HEER nog niet geschapen,
geen korrel
zand was nog gemaakt.
Ik was
erbij toen hij de hemel zijn plaats gaf
en een
cirkel om het water trok,
de wolken
aan de hemelkoepel plaatste,
de oceanen
bruisend op liet wellen,
toen hij
aan de zeeën grenzen stelde,
het water met zijn woord zijn plaats gaf,
de
fundamenten van de aarde legde.
Ik was zijn
lieveling,
een bron
van vreugde, elke dag opnieuw.
Ik was
altijd verheugd in zijn aanwezigheid,
vond
vreugde in zijn hele aarde
en was blij
met alle mensen.
3. En als dit spelende kind groot
wordt dan blijkt ze natuurlijk een vrouw te zijn, wat had u dan gedacht ?
In alle bijbelse en kerkelijk
talen: Chokma, Sapientia, Sophia = vrouwelijk. En ook als zodanig
blijft ze heel dicht inde buurt van het hart van God.
Ooit stond er een kerk in Byzantium aan haar gewijd
Hagia Sophia...
Een vrouw, die wijsheid, en nog meer: een moeder:
Mother Mary
comes to me, whispering words of wisdom:
Let it be !
Wijsheid,dat is dus niet abstracte filosofie of veel weten. Nee, dan doen we
geen recht aan het feit dat het woord vrouwelijk
is (sorry, mannen).
Wijsheid dat is : de diepe kennis, die je levensloop
in overeenstemming brengt met je
levensbestemming,
niet theoretisch, maar doorleefd
Maar tegelijk de twijfel: waar
vind je haar ?? Is ze wel te vinden.
4. Job 28:
12-28 - passim
Die wijsheid – waar moet je haar
zoeken,
en het inzicht – waar is het te
vinden?
Geen sterveling kent de weg
erheen,
de wijsheid is niet in het land
der levenden.
De oervloed zegt: ‘Ze is niet bij
mij,’
de diepste zee: ‘Bij mij
evenmin.’
De wijsheid is niet te koop voor
enig goud,
noch kan ze in zilver worden
afgewogen.
Kostbaarder is ze dan het goud
van Ofir,
dan de duurste onyx of saffier.
Vergelijk haar niet met robijnen
of kristallen,
een buidel wijsheid is meer waard
dan parels.
Topaas uit Nubië kan haar niet
evenaren,
ze is kostbaarder dan zuiver
goud.
Maar van waar stamt de wijsheid
dan,
en het inzicht – waar is het te
vinden?
De wijsheid is verborgen voor de
blik der levenden,
ook aan de vogels in de lucht
laat ze zich niet zien.
De afgrond en de dood, ze zeggen
beide:
‘Onze oren kennen haar slechts
bij geruchte.’
Maar God kent haar wegen
en hij weet waar ze verblijft.
Toen hij de kracht schiep van de
winden
en de wateren omgrensde,
toen hij zijn wet oplegde aan de
regen
en de wegen van de donderwolken
baande,
zag hij de wijsheid en hij
toetste haar,
hij peilde en doorgrondde haar.
En hij sprak tot de mens:
‘Ontzag voor de Heer – dat is
wijsheid;
het kwaad mijden – dat is
inzicht.’
5.
Ontzag voor de Heer – dat is wijsheid
accepteren dat er dingen zijn die je te boven gaan en waar je af moet blijven
als mens...
Let it be
Maar niet alles wat wordt, gebeurt... is goed, heeft recht van bestaan. Daarom
komt er bij
Het kwade mijden – dat is inzicht
Maar wat is kwaad, wat is goed ?
Hoe zit dat precies… en nog: hoe doe je dat, het kwade mijden.. kan dat wel..
? Met al ons verstand, kennis, en wijsheid ? IQ en EQ..
The harder we try, the more we sink..
Ware wijsheid kent haar grenzen.
Ook dat inzicht is aanwezig in
het Spreukenboek: zeer aangrijpend verwoord door Agur, de zoon van Jaké (h
30..)
6. Spreuken 30: 1-4
Ik ben zo moe, mijn God, zo moe,
ik kan niet meer.
Ik ben dommer dan ieder ander,
elk menselijk inzicht ontbreekt
mij.
Ik heb geen wijsheid opgedaan,
van de Heilige weet ik niets.
Wie is naar de hemel geklommen en
weer afgedaald?
Wie heeft de wind met zijn handen
gevangen?
Wie heeft het water in zijn
mantel gebonden?
Wie heeft de grenzen van de aarde
bepaald?
Noem mij zijn naam, en de naam
van zijn zoon,
als je die kent.
7. zingen
ik sta voor u in
leegte en gemis.. |