Mariavespers in de h. Sacramentskerk, 23 juni 2013
door het A.C.M. (+ friends)

Vriendenverjaardagsconcert van Cristel De Meulder. [teksten, scroll naar onderen]

 

 

 

indien geen flash, dan twee youtube fragmenten van de zelfde uitvoering (sorry voor de slechte kwaliteit, 't is maar een souvenir...)

 

 

 

Willem Ceuleers:

Enkele nota’s over de uitvoering van vandaag

Claudio Monteverdi gaf zijn vespers uit voor 10 zangers, ongeveer evenveel instrumentalisten en een organist. Over de zangers kunnen we zeker zijn, aangezien hij ze uitdrukkelijk in de titel vermeldde. In de partituur vinden we weliswaar meer dan 10 instrumenten terug, maar die spelen nooit allemaal tegelijk, wat kan doen veronderstellen dat verschillende musici meerdere instrumenten konden bespelen. Dat was en is nog steeds verre van ongebruikelijk. Er is zeker géén sprake van een koor met meerdere zangers per partij. Daar was op de hoogzalen van Mantua, Rome en Venetië trouwens geen plaats voor. Veel hedendaagse uitvoeringen lijken daardoor nogal onhistorisch om te gaan met het muziekmateriaal…

Cristel nodigde al haar vrienden en kennissen uit om samen met haar dit werk uit te voeren. Met ruim 80 ingeschreven musici lijken we ver weg geraakt van Monteverdi’s intenties. En toch, het feit dat wij sommige stukken wél korisch gaan uitvoeren, krijgt steun uit onverwachte hoek. In het derde deel van zijn ‘Syntagma Musicum’ uit 1619 beschrijft Michael Praetorius de Italiaanse muziek en hoe die met Duitse kapellen uitgevoerd kan worden, lees: met meerdere vokale en instrumentale koren. Hij geeft daarbij een aantal voorbeelden uit de praktijk en noemt onder andere… het Ave maris stella uit de Mariavespers van Claudio Monteverdi.

Omdat onze insteek door de omstandigheden die Cristel gecreëerd heeft, heel onorigineel Italiaans is (veel te veel musici), zullen wij ons gedeeltelijk op dat Duitse spoor bewegen. Een aantal delen zullen geheel volgens Monteverdi’s intenties uitgevoerd worden, zoals Laudate pueri,  Audi coelum en het Magnificat (met uitzondering van de hoekdelen). Een aantal andere werden bewerkt op de wijze van Michael Praetorius. Zo zal bijvoorbeeld de eenvoudige textuur van het Dixit Dominus verdeeld worden over 5 verschillende koren die met elkaar in dialoog treden. Het Nisi Dominus zal eenvoudigweg korisch uitgevoerd worden. Hetzelfde procédé wordt bij het Lauda Jerusalem toegepast, maar bovendien met toevoeging van een instrumentale verdubbeling (raddoppio stromentale). Voor het Ave maris stella heb ik me overigens níet laten leiden door Praetorius’ directe voorbeelden uit ‘Syntagma Musicum’ en een aantal andere ingrepen die ik wél deed, verklap ik lekker niet.

Aangezien Monteverdi’s vespers vandaag in de context van een concert uitgevoerd worden en de liturgische bedoelingen van dit werk sowieso hoogst onduidelijk blijven, zullen de Gregoriaanse antifonen vóór de psalmen en het Magnificat weggelaten worden en vervangen door orgelspel. Deze praktijk was in het 16de eeuwse Venetië trouwens ingeburgerd. Monteverdi verving ten andere de antifonen ná de psalmen reeds zelf door een motet (Nigra sum, Pulchra es, Duo Seraphim, Audi coelum, Sancta Maria). Bij het Magnificat voorzag hij geen alternatief, wat mij in de gelegenheid stelde om een voor de gelegenheid gecomponeerde instrumentale canzona toe te voegen, ter ere onze gastvrouwe: canzona detta la Cristalla, of What’s in a name? 

 

Willem Ceuleers

 

 

Welkom namens het ACM en Cristel De Meulder and Friends…

 

400 jaar geleden

1613:  Claudio Monteverdi, een werkloze componist, terug naar het ouderlijk huis in Cremona,

terug naar z'n vader met twee kinderen, weduwnaar, 43 jaar oud, werkloos.

ontslagen wegens bezuinigingen in de culturele sector in Mantua.

Hij had de bui al zien hangen.

En gegokt op een andere carrière, in de kerk, the place to be.

weinig kans: frivole hofcomponist

Al enkele jaren het voorwerp van een aanval vanuit kerkelijke hoek. 

De contrareformatie eiste polyfonie, volgens de regels van Zarlino, tekst verstaanbaar.

[terzijde: bijzonder aardige evocatie van de controverse (Le Procès de Monteverdi)  door Denis Raisin-Dadre en Doulce Memoire te vinden op youtube: http://youtu.be/RN3rjRfLIHU ]

 

1610 was hij naar Rome gegaan met een publicatie: een mis in oude stijl en muziek voor de vespers voor Maria.

Een soort portfolio, hoe oud en nieuw verenigd kunnen worden.

Een soort portmanteau, een kapstok om te laten zien wat hij allemaal wel niet kan.

Geen succes blijkbaar.

Terug naar Mantua...

 

VANDAAG

Kristel De Meulder: Ik wil iets moois doen voor m’n verjaardag…

Waarom niet die prachtige muziek, de MariaVespers van Monteverdi.

 Dat komt goed uit zei Gerard de Swerts. Ik heb daar nog een hele studie van gemaakt, en de muziek overgeschreven vanuit de bronnen.

Laat eens zien, zei Willem Ceuleers…

Fijn, zei Cristel, wil jij dan de muzikale leiding opnemen, dan nodig ik mijn vrienden wel uit…

 

En daar stroomden ze toe, van heinde en verre van stad en ommeland, zangers, instrumentalisten …  

 

Dat… die vespers eigenlijk maar voor ongeveer 10 zangers en eventueel instrumentalisten bedoeld waren.. tsja…

En dat ze zeker niet bedoeld waren om door koren gezongen te worden met meerdere zangers per partij…ai.

 

Toch krijgt u vanavond een authentieke uitvoering te horen.

Alleen authentiek in een wat ongebruikelijke zin, nochtans in de echt historische zin.

 

Meer dan nu, was muziekmaken een collegiale bezigheid.

Je vertrouwde je ideeën toe aan het papier en soms – als je iets speciaals had – publiceerde je de stemboekjes.

En met die boekjes moesten je collega’s het dan doen.

 

Je eigen muziekpraktijk zorgde voor je faam. 

Daarna moesten je collega’s het doen;  kocht die boekjes (bij voorkeur de 'bassus generalis'), bladerde, die eens door…

neuriede wat, legde ze naast elkaar, collationeerde sommige stukken.

En zag wat Monteverdi deed, hoorde in z’n hoofd wat er gebeurde.

Geweldig zei hij, misschien, wat een muziek.

En dan ?

ja, dan was het maar de vraag: welke musici had hij ter beschikking, hoe zou hij die muziek re-crereen? Welke setting ?

In Mantua deden ze dat weer anders dan in Venetie,

en Schütz aan het hof in Dresden, Praetorius in Wolffenbüttel weer anders.

 

Zo bestaat er dus geen eens voor altijd correcte uitvoering.

Sterker nog: degene die pretendeert die te brengen heeft van de muziekcultuur van de late Renaissance – vroege Barok niets begrepen.

 

Vandaag krijgt u dus een ‘collegiale’ lezing van Monteverdi’s partituur door Willem Ceuleers, hedendaags componist

- zijn toelichting hierboven

 

Wat de muziek zelf betreft: Na het votum ‘Onze hulp’

5 vesperpsalmen / omringd door muziek voor, muziek na. Antifonen.

Gregoriaanse antifonen vooraf vervangen door instrumentale muziekstukken

De antifonen na de Psalmen door motetten die Monteverdi zelf op die plaats heeft voorzien en die het Mariale karakter van de vespers stevig in de verf zetten:

Eerst de bijbelse, geïnspireerd op het Hooglied, waardoor er een verliefde toon in de muziek komt.

En dan vrije teksten.

 Tenslotte moet elke vesper een hymne hebben:  Ave maris stella

Bijzonder fraaie tekst, heerlijke muziek.

En tot slot natuurlijk het Magnificat…

de woorden die Lukas Maria zelf in de mond legt.

 

Het is veel muziek, maar afwisselend… En zoals het vandaag klinkt, zult u het nooit meer horen.

 

Oh ja, om u gerust te stellen

400 jaar geleden + 3 maanden = Monteverdi vindt werk: San Marco in Venetië.

 

PROGRAMMA

 

1.     Toccata prima del primo tono – Claudio Merulo (1533-1604)

                  Uit ‘Toccate, libro primo’, 1598

Deus ad adjuvandum

 

2.     Toccata del quarto tono – Luzzasco Luzzaschi (ca.1545-1607)

                   Uit ‘Il Transilvano’, 1625

Dixit Dominus

Nigra sum

 

3.     Ricercare del settimo tono – Girolamo Diruta (1554-1610)

                   Uit ‘Il Transilvano’, 1625

         Laudate Pueri

         Pulchra es

 

4.     Toccata del secondo tono – Giovanni Gabrieli (1557-1612)

Uit ‘Il Transilvano’, 1625

         Laetatus sum

         Duo Seraphim

 

5.     Dialogo secondo, acuto e grave – Adriano Banchieri (1568-1634)

Uit ‘L’Organo suonarino’, 1605

         Nisi Dominus

         Audi coelum

 

6.     Fantasia del quarto tono – Giovanni Gabrieli (1557-1612)

Afschrift Matthias Weckman, 1637

         Lauda Jerusalem

         Sonata

 

7.     Toccata di grado del primo tono – Girolamo Diruta (1554-1610)

Uit ‘Il Transilvano’, 1625

         Ave maris stella

 

8.     Toccata primi toni – Andrea Gabrieli (1510-1586)

Uit ‘Il Transilvano’, 1593

 

 

 

Uitvoerders

Antwerps Collegium Musicum en bevriende musici

 

Algemene leiding :

Willem Ceuleers

 

Solisten :

Sopraan : Annelies Brants, Annelies Coene, Cristel De Meulder

Mezzo : An Meeusen, Lieve Mertens

Tenor :  Richard Granger, Koen Laukens, Steven Mariën

Bariton/Bas : Jo Defyn, Lieven Van den Eeden, Hans Vereyken

 

Koor :

Sopraan/mezzo-sopraan : Anne Ardui, Griet Beldé, Olga Blansaer,

Brenda Blokland, Floor Coomans, Hilde De Bleser, Lut Geerts, Lea Janssens, Annemie Leeuws, Gertie Lindemans, Katelijne Loete, Bea Luyten, Rita Maes, Lieve Ongena, Bieke Schiltz, Liesbeth Segers, Sabine Vanthillo,

Hayley Waddell

Alt : An Baltussen, Els Caremans, Betty De Beuckelaer, Pauline De Lannoy, Lieve D’Haese, Anny Lemmens, Anne Peeters, Gary Schampaert, Vera Stessel, Lieve Van de Veken, Aline Vercruyssen, Lieve Wuyts

Tenor : Jos Aerts, Harry Bouwman, Gregory Delbrouck, Jan Mertens,

Peter Schellemans

André Vandemeulebroecke, Erik Zwysen

Bariton/bas : Walter Bosmans, Herman De Herdt, Norbert De Loecker, Herman de Preter, Manfred Halsema, Luc Martens, Stefaan Mattys,

Herman Moelants, Patrick Mollet, Hans Neels, Jef Ongena, Livien Peeters, André Vierendeels

 

 

Viool : Olga Blansaer, Hans Cammaert, Christophe de Failly, Wilfried Praet

Viola : Veerle Roggeman, Heidi Verbruggen

Viola da gamba : Andoni Michelena, Eddy Moons, Piet Van Steenbergen

Cello : Caroline Courtois

Traverso : Hilde De Bleser, Walter De Clercq

Blokfluit : Katelijne Loete, Lisbeth Wolfs

Cornetto : Sus Herbosch, Caroline Van Dyck

Trombone : Koen Becu, Bruno Boey, Christophe Desbuleux, Dries Fonteyn,    

                   Catou Pecher, Bart Schoukens

Dulciaan : Walter Bosmans

Klavecimbel : Veerle Melkebeek

Orgel : Jetty Janssen

Chitarrone : Koen Becu